Wijn-woordenboek
A
Italiaanse term voor halfzoete wijn met veel body.
Portugese term voor wijndomein.
De nasmaak van wijn.
Afdronk is niet een hoog zuur of veel tannine, maar het hele pallet van smaken dat achterblijft.
Afdronk wordt gemeten in tijd: kort, gemiddeld of lang. Een gemiddelde afdronk duurt ongeveer 5 seconden.
Doorslikken of uitspugen geeft hetzelfde resultaat, want in de keel zitten geen smaakpapillen of geurreceptoren. Wel kun je met doorslikken het alcoholgehalte beter bepalen: hoe branderiger je keel, hoe meer alcohol.
Blauwe wijndruif uit Griekenland. Laag zuur, zachte tanine, vol, pruimenaroma.
Blauwe druif, Zuid-Italië.
Hoge zuren en tannine, veel fruit, kan goed ouderen.
Bekende wijnen: Taurasi en Aglianico del Vulture
Albariño – witte wijndruif, in Noordwest-Spanje en Portugal (Alvarinho).
Volle body, frisse zuren. Aroma’s van citrus, abrikozen en perzik.
De Albariño was in Spanje een vergeten druif, plotseling herontdekt en een trendy wijn in Spaanse restaurants geworden.
In Portugal heet deze druif Alvarinho. Die wordt gebruikt om Vinho Verde van te maken (groene wijn).
Deze bekende wijn heeft een hele lichte, jonge stijl met frisse zuren en een beetje koolzuur. De druiven werden oorspronkelijk hoog in bomen geleid, zodat de druiven niet goed rijpen en de wijn heel fris blijft.
Er is in Portugal ook een rode Vinho Verde, die bij ons nauwelijks verkrijgbaar is en niet gevraagd vanwege zijn zeer hoge zuren.
Het alcoholpercentage van de wijn is één van de elementen die altijd verplicht op het etiket moeten staan.
Het voorgeschreven minimale alcoholgehalte van stille wijn is 8,5 %.
Van nature stopt de vergisting van druivensap bij een maximaal alcoholpercentage van ronde de 15 %.
De alcohol in wijn, bier en andere dranken is ethanol (met een klein percentage overige alcoholen).
De chemische formule van ethanol is: C2 H5 OH, ofwel een samenstelling van: koolstof, waterstof en zuurstof. Bij het distilleren van wijn, bijvoorbeeld voor grappa, eau-de-vie of brandy, wordt de ethanol onttrokken aan de alcoholhoudende basiswijn door verhitting. Ethanol verdampt bij 78,3 graden en wordt door koeling weer opgevangen.
Alcoholgebruik zorgt voor het loslaten van remmingen. Ook ontstaat de tunnelvisie, gevreesd in het verkeer: de waarneming is beperkt tot een blikveld recht vooruit. Zoals met alle verdovende middelen hebben mensen minder controle over hun gedrag en wordt het gedrag minder voorspelbaar.
Het effect van 2 glazen wijn op een nuchtere maag staat gelijk aan 4 glazen bij het eten.
De maat van een glas is afgestemd op de hoeveelheid alcohol in de drank, zodat het in grammen alcohol gelijk blijft. Het alcoholpercentage van wijnen is echter nu hoger dan vroeger. Daardoor klopt deze maatvoering niet meer, een glas wijn (6 glazen uit een fles) bevat nu gemiddeld 16 gram alcohol.
In het hoge segment horeca worden meestal grotere glazen gebruikt, waardoor er 5 glazen uit een fles geschonken worden.
Het alcoholgehalte in een glas is dan gemiddeld 20 gram.
Vergeleken met bier: gemiddeld 12 gram, en gedistilleerd: 12-14 gram per glas.
Matig gebruik van alcohol heeft geen aantoonbaar nadelig effect op de gezondheid en volgens meerdere studies van TNO zelfs een positief effect (overigens blijkt het niet uit te maken welke soort drank je neemt). Wijnprofessionals wordt aangeraden om nooit meer dan 3 glazen per dag wijn te drinken en 2 alcoholvrije dagen per week in te lassen.
Een witte wijndruif, vooral uit de Bourgogne
In vroeger tijden was dit een wijn met veel zuren, nogal schraal.
Parijs ligt niet ver, en dit was de huiswijn van Parijse café’s.
Basis voor de beroemde Kir: een mengsel van Aligoté en Creme de cassis, bedoeld om de dunne wijn wat ronder en zoeter te maken.
Tegenwoordig komt er matige tot uitstekende Aligoté uit de Bourgogne.
Sherryproducent die een wijn laat rijpen en dan in bulk (ongebotteld) aan een handelaar verkoopt.
Duitse term voor oude wijnstokken. Franse term: Vieilles Vignes.
Meestal wijnranken die meer dan 50 jaar oud zijn. Door hun leeftijd geven deze wijnstokken minder en kleinere druiven, waardoor de smaak van de wijn geconcentreerder wordt.
Italiaanse term voor zoete wijn.
Een rode wijn uit Veneto, Italië.
Gemaakt van gedroogde druiven, daardoor zeer geconcentreerd, volle body, hoog in alcohol, een klein restzoet. De meest gebruikte druivenrassen voor Amarone zijn corvino veronese, rondinella en molinero.
Amerikaanse druivenrassen zoals Vitis Labrusca, Vitis Berlandieri, Vitis Ruperstris enzovoort worden gebruikt als onderstam. Deze Amerikaanse onderstammen zijn resistent tegen de druifluis, een ziekte die in 1850 uit Amerika naar Europa met een druivenstok is meegebracht door Engelse wetenschappers. De druifluis ofwel Phylloxera leeft in een stadium van zijn leven van het sap van de druivenstok, wat hij verkrijgt door gaatjes in de wortels te maken. De druivenstokken ontwikkelen een kanker-achtige reactie en sterven af.
De Amerikaanse druiven hebben een smaak die als “foxy” omschreven wordt en niet door ons gewaardeerd wordt: zwaar geparfumeerd, en dierlijk, zweterig. De wijnen van deze druivenrassen mogen geen wijn genoemd worden. In Amerika wordt hier wel veel wijn van gemaakt, maar die mag uitsluitend als ‘homebrew’ verkocht worden: aan huis, niet in een winkel.
Hybriden zijn een kruising tussen Amerikaanse en Europese druivenrassen. In principe mag hier ook geen wijn van gemaakt worden, tenzij een ontheffing aangevraagd is. Vidal is een hybride van de Amerikaanse Seibel en Franse Ugni blanc, waarvan in Canada prachtige Icewine gemaakt wordt. In Duitsland worden al geruime tijd hybrides gebruikt, maar men komt er op terug, de kwaliteit is onvoldoende. In Nederland wordt volop geëxperimenteerd met hybriden, er zijn voor-en tegenstanders.
Het druivenras, dus de smaak van de wijn, wordt bepaald door de ent: de wijnstok die op de onderstam groeit.
Duitse term voor een groot afgebakend wijnbouwgebied.
Alle wijnbouwgebieden van Duitsland liggen in klimaatzone A, het koelste klimaat in Europa, behalve Baden, dat in klimaatzone B ligt. Er zijn 13 Anbaugebiete:
- Ahr
- Mosel
- Nahe
- Pfalz
- Mittelrhein
- Rheingau
- Rheinhessen
- Hessische Bergstrasse
- Franken
- Württemberg
- Baden
- Sachsen
- Saale-Unstrut
Italiaanse term voor oogstjaar.
Een aperitief is een drankje vooraf, bedoeld om de eetlust op te wekken.
Zuren en koolzuur in wijn zijn eetlust-opwekkend en maken de mond schoon, waardoor je beter proeft.
Champagne, met zijn hoge zuurgraad is daardoor het perfecte aperitief. Liefhebbers maken wel onderscheid, een houtgelagerde Champagne zoals Bollinger is meer geschikt tijdens de maaltijd.
Andere goede aperitiefwijnen zijn Cava, Prosecco en Sekt.
Vanuit de leer van de gastronomie (het genieten van wijn en spijs) is Port niet het beste aperitief, behalve als je het koud hebt. Het hoge zoet- en alcoholgehalte in de Port legt een filmende laag in de mond, waardoor smaken minder goed waargenomen worden. Zoet stilt ook de honger, terwijl een lichte trek het proeven bevordert. Witte port heeft een lichtere stijl en kan verrassend goed zijn.
Een rode wijndruif.
Portugese benaming van de Spaanse Tempranillo, ook wel Tinta Roriz genoemd.
Eén van de druiven van rode port.
Een methode om aroma’s in wijn makkelijk te herkennen en te benoemen.
De Wijnstudio heeft een aromacirkel ontwikkeld op basis van 6 groepen geuren:
- Fruit
- Bloemen en kruiden
- Vegetaal en noten
- Dierlijk
- Hout en toast
- Aards en chemisch
De Wijnstudio heeft ook een aromacirkel voor ontwikkeld voor sherry, port en madeira.
Er zijn ook aromacirkels voor specifieke groepen wijnen, zoals Duitse witte wijn.
En voor andere dranken, zoals whisky.
Bekijk de aromacirkels
Franse term voor het mengen (blenden) van verschillende wijnen.
Zeg in Frankrijk nooit melange van een wijn, want dat wordt beschouwd als een onderschatting van het assembleren. De keldermeester maakt de assemblage en is daarmee verantwoordelijk voor de smaak van de wijn. Assemblage is voor veel bedrijven van groot belang, omdat je hiermee een constante huisstijl kunt creëren, bijvoorbeeld in de Champagne.
In Bordeaux wordt door middel van assemblage de beste wijn gecreëerd.
Van de overgebleven wijn wordt de “tweede wijn” gemaakt. Die is tegenwoordig zo goed en commercieel interessant, dat er soms ook een “derde wijn” geassembleerd wordt.
Assemblage heeft nog een voordeel. Je kunt wijnen van verschillende druiven gebruiken en daarmee slechte jaren opvangen: iedere druif rijpt op een ander tijdstip.
Een witte wijndruif.
Hoge zuren, veel fruit.
Droge wijnen zonder houtrijping uit Griekenland, met name Santorini.
Soms ook zoete wijnen van gedroogde druiven.
Kan uitstekende kwaliteitswijn leveren.
Een Oostenrijkse zoete wijn met naam uit wijngaarden van het kleine dorpje Rust nabij de Neusiedlersee – Burgenland.
Wijnen met ‘Edelrot’ (aantasting door botrytis ofwel pourriture noble), zoet maar elegant.
In classificatie: tussen Beerenauslese en Trockenbeerenauslese in. Omdat in dit gebied de “edele rot” zo goed als altijd optreedt is er een jaarlijkse constante kwaliteit. Dit zorgt voor een goede prijs/kwaliteitverhouding.
Gistautolyse – de afbraak van dode gistcellen in de wijn.
De dode gistcellen gaan verbindingen aan met de alcohol en zuren in de wijn.
Dit proces geeft wijn een aroma van brooddeeg.
Bekend bij Muscadet sur lie, waar dit gebruikt wordt om de nogal neutrale wijn meer smaak en body te geven.
Mousserende wijn gemaakt volgende de “methode traditionnelle” zoals Champagne en Cava, heeft de 2e vergisting op fles ondergaan.
Door de kleine “verpakking” is het contact van de wijn met de dode gist zeer intens en ontstaat er een duidelijk autolyse-aroma.
Italiaanse term voor een wijndomein dat wijn maakt van eigen, dan wel van gekochte druiven.
Vluchtig zuur in wijn.
Iedere wijn die met de lucht in contact komt verandert onder invloed van bacteriën in azijn, het eerste stadium van totale afbraak.
De sensorische drempelwaarde voor azijnzuur is ongeveer 0,7 g / l. Niveaus boven 1,1 tot 1,2 g / l worden onaangenaam (scherp, azijn) en worden in de meeste wijnstijlen als een wijnfout beschouwd. Bij sommige rode wijnstijlen en door Botrytis aangetaste witte wijnen kan men echter zien dat hogere niveau aan vluchtige zuren de wijn een complexere en meer wenselijke smaak geven.
B
Wijn in een kartonnen verpakking, van 1 tot enkele liters.
In de kartonen doos zit een kunststof zak , waar de wijn wel uit kan, maar geen zuurstof er bij kan. De wijn wordt getapt met een kraantje. Grootste voordeel: de doos is vierkant, dus makkelijk te plaatsen en te schenken.
Net als bij Tetra pak (zoals sinaasappelsap in een literpak) blijft bij bag-in-box de kwaliteit van de wijn uitstekend bewaard. Bovendien: hoe meer inhoud de verpakking, hoe langer de houdbaarheid van de wijn. Maar het image van bag-in-box is heel goedkoop, voorlopig dus alleen in gebruik voor goedkope wijnen. Het zou kunnen veranderen: de schroefdop had hetzelfde imago, maar is steeds meer geaccepteerd als volwaardige sluiting voor kwaliteitswijn.
De meest serieuze rode wijn uit de Provence, Zuid-Frankrijk.
Gemaakt van voornamelijk Mourvèdre-druiven.
Een diepe donkerrode kleur, ronde volle body en een zachte smaak.
Kan lang bewaard worden.
Uit Bandol komt crème de cassis, de basis voor de “Kir”.
Een klein scheutje in de aligoté-wijn, om deze schrale zure wijn wat soepeler te maken.
Een rode wijndruif uit Piemonte – Italië.
Hoog zuur, kersenaroma. De Barbera kan als wijn onder de naam Barbera hoge kwaliteit wijn leveren, gekenmerkt door sappig rood fruit.
Rode wijn uit Veneto, Noordoost-Italië.
Van dezelfde druiven als bij Valpolicella: Corvino Veronese, Rondinella, Molinara.
Bardolino is een makkelijke lichte wijn, licht gekoeld drinken. Wordt in grote volumes geproduceerd.
Houten wijnvat van 225 liter uit de Bordeaux.
De beste wijnvaten worden gemaakt met eikenhout uit het Centraal Massief.
Dit hout groeit langzaam en is daardoor zeer compact. De smaak wordt subtiel afgegeven aan de wijn.
Amerikaans eiken groeit sneller en heeft daardoor grotere poriën. Hierdoor geeft Amerikaans hout meer smaak af aan de wijn, met name meer vanilletonen.
Barsac – Frans wijngebied onder Bordeaux, grenzend aan Sauternes.
Een AOC van uitsluitend witte zoete botrytis-wijnen: wijnen die ingedroogd zijn door ‘pourriture noble’ ofwel edelrot.
Franse term voor het roeren van de dode gistcellen in de wijn (baton betekent stok).
De dode gistcellen ondergaan autolyse, ze breken zichzelf af en gaan verbindingen aan met de zuren en alcohol in de wijn.
Dit geeft een intense smaak van vers brood en toast.
Wanneer voor een mousserende wijn de 2e vergisting op fles plaatsvindt, is het contact met de dode gistcellen zeer intens. Dit is een kostbare methode.
De 2e vergisting op tank is aanzienlijk goedkoper. Maar het gistcontact en dus de smaak is veel minder intens.
Door bâtonnage is er meer gistcontact. Vroeger gebeurde dit door te roeren met een stok, tegenwoordig zijn er draaiende schoepen op de bodem van een tank.
Franse maat voor het suikergehalte in de most.
Dit wordt gemeten met een beaumé-meter, een soort thermometer die men in de most hangt. Ook wordt een refractometer gebruikt, die in een druppel vloeistof de brekingsindex van het licht aangeeft, wat een indicatie geeft van het suikergehalte.
Tegenwoordig wordt voor de rijpheid van de druif meer gekeken naar de fenolische rijpheid: de rijpheid van tannines en kleurstoffen. Dit kan men beoordelen door de pit en het vruchtvlees te bestuderen, maar ook door laboratorium-monsters te testen.
Het grootste wijngebied van de Bourgogne.
Beaujolais begint vlak boven de stad Lyon. Ruim 50 % van alle Bourgogne is Beaujolais. Daarvan is een groot deel Beaujolais primeur (rood). Er wordt ook een prima witte wijn gemaakt van de Chardonnay-druif.
Rode Beaujolais wordt gemaakt van de Gamay-druif, die het vooral goed doet op granietbodem. Beaujolais-Villages is wijn (meestal geblend) van een groot aantal dorpen uit het midden van de Beaujolais met een betere bodem. Daarnaast zijn er in het Noorden van de Beaujolais 10 dorpen met het beste terroir, zij hebben een eigen herkomstbenaming: Cru Beaujolais. Deze cru’s hebben een uitstekende prijs/kwaliteitverhouding, zij kosten gemiddeld €15,- tot € 22,- De cru’s hebben niet alleen rood fruit-aroma’s, zij kunnen ook een stevig karakter hebben, met name de wijnen uit het zuiden.
Van Noord naar Zuid zijn de cru’s:
St-Amour
Juliénas
Chénas
Moulin-à-Vent
Fleurie
Chiroubles
Morgon
Régnié
Côte de Brouilly
Brouilly
Zeer jonge wijn uit Beaujolais – Zuid-Bourgogne.
Gemaakt volgende de méthode carbonique (toevoeging van koolzuur) of semi-carbonique (vasthouden van koolzuur) – een deel van de vergisting vindt plaats in de druif zelf, waardoor snel kleur en smaak in de wijn komt. Dit gebeurt onder druk in een afgesloten tank.
De smaak van Beaujolais primeur is: rood fruit zoals aardbeien en frambozen, weinig zuur en weinig tannine, een lichte koolzuur-prikkel. Een zeer soepele, makkelijk drinkbare wijn. Deze wijn is maximaal een jaar houdbaar en na een jaar zijn de fruitaroma’s uit de wijn.
Beaujolais primeur mag verkocht worden vanaf de 3e donderdag in november. (de déblocage). De Beaujolais primeur wordt nu grotendeels in Amerika verkocht.
Ben je een beginner en zoek je een wijncursus?
De internationale wijncursussen van WSET zijn ingedeeld in niveaus:
Level 1 de Basiscursus
Level 2 het “Internationaal Wijnbrevet”
Level 3 “Advanced International”, op het niveau van sommelier, importeur, winkelier.
Level 4 “Diploma Course” voor de zeer ver gevorderden die al jarenlang in de wijnbranche werken.
Daarna is er de mogelijkheid om de opleiding Master of Wine te doen.
De Wijnstudio verzorgt level 1, en WSET level 2 en WSET level 3.
Lees hier meer over de Basiscursus level 1
Duitste term voor een wijngebied binnen een Anbaugebiet: een groep van Gemeinden ofwel gemeentes.
Frans AOC gebied ten oosten van Bordeaux.
De wijnen zijn in Bordeaux-stijl gemaakt, maar vaak wat soepeler, toegankelijker. En prettig geprijsd.
Veel wijnen worden te lang bewaard.
Eenvoudige witte wijn is over het algemeen 1-2 jaar houdbaar, rode wijn 2-3 jaar.
Naarmate de kwaliteit toeneemt zijn wijnen langer houdbaar.
Een wijn veroudert onder invloed van zuurstof: oxidatie.
Zuren en tannine maken wijnen langer houdbaar, en bijvoorbeeld een top-Bordeaux heeft in de beginfase te veel hiervan, waardoor hij “hard” smaakt: zuur en bitter. Dit wordt langzaam afgebroken: de zuren en tannine worden zachter.
Tegelijkertijd oudert de wijn en ontstaan er tertiaire rijpingstonen: het bouquet.
Om een wijn te bewaren kijkt men eerst naar de kwaliteit: hoe lang kan deze wijn normaal gesproken mee. Vervolgens naar het jaar: sommige jaren geven betere betere bewaarpotentie.
Bewaren of “opleggen” bij voorkeur op een koele plaats zonder trillingen, weinig of geen licht, zonder geuren en met de juiste vochtigheid: niet te vochtig, dan bederft het etiket. Niet te droog, want dan krimpt de kurk en ontstaat er oxidatie.
Een Engelse term voor een plek waar je wijnen bewaart, zoals een bocht in de kelder.
Veel gebruikt in Australië als onderdeel van een merknaam, bijvoorbeeld: Bin 28 van Penfolds.
In eerste instantie gaat het woord “biologisch” over de wijngaard.
Biologisch wil zeggen: op een zo natuurlijk mogelijke manier te werk gaan.
Geen gebruik van pesticiden (ziektewerende chemicaliën), insecticiden, fungiciden (schimmelwerend). Geen DNA-gemanipuleerde planten.
Biologisch werkende wijnboeren moeten manieren vinden om ziektes in de wijngaard op een natuurlijk manier te voorkomen en te overwinnen, of tot op zeker hoogte te accepteren. Daarom moeten bodem en plant gezond zijn.
Er wordt op zeer grote schaal biologisch gewerkt, maar slechts een deel van de wijnproducenten vermeldt dit op het etiket. De redenen hiervoor zijn meestal: de ruimte om af te kunnen wijken, geen betalingen aan instituten, de wijnboer is het niet eens met de normen. Sinds een aantal jaren zijn er nu ook erkende normen voor de bewerking in de wijnkelder, met name voor het gebruik van SO2: Sulfiet.
De biologische wijnbouw richt zich primair op een gezond bodemleven in de wijngaard.
Een ontwikkeling die steeds meer terrein wint, omdat wijnmakers ervaren dat je alleen goede wijn kunt maken van de beste druiven. Veel wijndruiven zijn in meer of mindere mate biologsich verbouwd, bij kleine wijnboeren, maar ook bij hele grote wijnbedrijven, ook in Amerika.
Er zijn een aantal grote organisaties die wettelijke erkende labels voeren om biologische wijn te garanderen. De belangrijkste in Nederland zijn Eko en Demeter. In Frankrijk: AB (Agriculture Biologique). In Duitsland: Bio. De bekendste is deDemeter, voor bio-dynamisch land -en tuinbouw, die ook rekening houdt met de stand van de planeten. In Frankrijk is er ook een tussenvorm: lutte raisonée, die bestrijdingsmiddelen zo veel mogelijk wil beperken.
Witte wijn van uitsluitend witte druiven.
Witte wijn van blauwe druiven.
Rode wijndruif.
Aroma’s van kersen en pepers, kruiden. In Burgenland – Oostenrijk, Duitsland (Lemberger) en Hongarije (Kékfrankos).
Blenden van wijn. Franse term: Assemblage.
De wijnmaker is verantwoordelijk voor de stijl van een wijn, door het blenden van de basiswijnen. Dat kan zijn: een blend van één druivenras uit één streek, maar van verschillende wijngaarden. Dat gebeurt in de Bourgogne, waar voornamelijk één rode druif toegestaan is in de rode wijn.
Voor rode Bordeaux wordt geassembleerd (geblend) met wijnen van meerdere druivenrassen, meestal uit één gebied.
In Australië is het gebruikelijk om wijnen of druiven in te kopen uit gebieden die wel meer dan 1000 km uit elkaar liggen. Voor de Australiërs telt de kwaliteit van de druif en het resultaat in de wijn, niet het herkomstgebied.
Champagne spant de kroon in blenden: vaak tot wel 100 verschillende wijnen in de assemblage van één Champagne: gemaakt van meestal 3 druivenrassen, diverse gebieden, verschillende partijen uit verschillende jaren, al dan niet met houtlagering.
Plattte, buikvormige fles.
Traditioneel in Franken (Duitsland) en voor rosé uit Portugal.
Spaanse term voor een wijndomein.
Elk druivenras heeft zijn favoriet bodem: kalk, leisteen, graniet, lavasteen, enzovoort.
Chardonnay doet het goed op kalk. Cabernet Sauvignon op zeer droge grond: kiezel. Gamay op graniet.
Bepaalde bodems zijn niet geschikt voor kwaliteitsdruiven:
Te natte bodem, hierin ontwikkelt de wijnstok snel schimmelziektes.
Rijke, vruchtbare bodem, de druivenstok groeit snel, de druiven zijn waterig.
De bodemsoort is soms de basis van een kwaliteitsindeling.
Zoals in Bourgogne en Champagne waar de Cru’s gebaseerd zijn op de bodemsoort.
AOC wijngebied in het wijngebied Anjou in de Loire, onder de stad Angers.
Bonnezeaux is samen met Quarts de Chaume en Coteaux du layon het bekendste gebied voor prachtige zoete Loire wijnen. Gemaakt van de Chenin blanc-druif, met “pourriture noble” – door edelrot ingedroogde druiven.
Er is veel overproductie in Bordeaux van matige kwaliteit wijn. Dit wordt met EU-subsidie verstookt tot brandy. De prijzen van top-Chateaux in Bordeaux zijn enorm gestegen door door de toenemende welvaart in onder meer India en China, en de Amerikaanse markt. Door top-Bordeaux te schenken laat je in Azië zien dat je rijk bent: het is een zeer luxe product uit het Westen.
Bordeaux is het grootste aaneengesloten kwaliteitswijngebied ter wereld.
Het kent vele regio’s, onderverdeeld in linker- en rechteroever (van de Garonne).
De belangrijkste van de linkeroever zijn:
- Haut-Médoc (top rood). De dominante druiven zijn Cabernet Sauvignon en Merlot. Top Haut-Médoc moet een jaar of 10 rijpen, daarvóór is het te hard: veel zuur en tannine.
- Sauternes (top zoet wit) gemaakt van Sémillon, Sauvignon blanc en Muscadelle.
Op de rechteroever:
- St-Émilion (rood) en Pomerol (rood).
Dominante druiven zijn Merlot en Cabernet Franc.
Eén van de de duurste wijn ter wereld is Petrus uit Pomerol, bestaande uit bijna 100 % Merlot.
Rode Bordeaux is in bijna alle gevallen een blend van druiven.
In vrijwel alle Bordeaux is een deel Merlot verwerkt.
Voorbeeld van een bijna pure wijn van alleen Merlot (de zogenaamd mono-cépage) en daarmee een uitzondering op de regel is Chateau Petrus in Pomerol, één van de duurste wijnen ter wereld.
Op de rechteroever van de Gironde (St-Émilion, Pomerol en omgeving) zijn de Merlot en Cabernet Franc dominant. Op de linkeroever (Médoc en omgeving) is de Cabernet Sauvignon dominant.
Omdat Cabernet Sauvignon een veel “strengere” druif is met meer zuren en tannine, is dit vaak in zijn jeugd een hardere wijn. Mooie Médoc-wijnen moet je dus niet te vroeg drinken.
De druiven die gebruikt mogen worden in een rode Bordeaux zijn:
Merlot (rijpt eerder, geeft rondeur en zachtheid)
Cabernet Sauvignon (rijpt later geeft tannine, zwarte bessen, hoge zuren)
Cabernet Franc
Malbec
Carmenère
Petit Verdot
In Bordeaux worden droge witte wijnen gemaakt, met name in Entre-Deux-Mers.
En er worden de beroemde donkergele zoete wijnen gemaakt, van door botrytis (pourriture noble) aangetaste, ingedroogde druiven, met name in Sauternes.
Sauternes is een dikke, volzoete wijn met een hoog zuur. De zuurgraad zorgt voor de balans in smaak.
De duurste Sauternes is de Château d’Yquem, waarvan een half flesje meestal meer dan € 100,- kost.
De drie belangrijkste druiven voor witte Bordeaux zijn:
Sauvignon blanc (geeft frisse zuren)
Sémillon (geeft rijkdom, en is dé druif voor botrytus)
Muscadelle (enkele procenten in de wijn, geeft aroma)
Daarnaast zijn er nog andere druiven toegestaan, zoals Colombard, Ugni blanc en Merlot blanc.
Wijngebied in de Cognac, ten noorden van Bordeaux, in het district Charente-Maritime.
Engelse term voor kruiden en planten die smaak geven aan een drank zoals gin en vermouth.
Bijvoorbeeld: koriander, jeneverbes, sinaasapelschillen, absinthalsem.
Een bekende schimmel in de tuinbouw. Deze schimmel treedt op waar het warm en vochtig is en tast de vruchten aan. Meestal bij druiven die naast een rivier of meer staan.
Indien Botrytis optreedt bij onrijpe druiven is de de oogst verloren. Dit heet in Frankrijk “pourriture gris”. Indien botrytis optreedt bij rijpe druiven spreekt men van “pourriture noble” (Frans).
Edelrot (Duits/Nederlands) of noble rot (Engels).
Door botrytis drogen de druiven in, waardoor de smaken concentreren. Met name zoet en zuur, die hierdoor krachtiger worden, maar wel in balans blijven. Hiervan maakt de wijnmaker heerlijke goudgele zoete wijnen.
Bekendste voorbeelden: Sauternes in de Bordeaux, Quarts de Chaume in de Loire, Neusiedlersee in Oostenrijk, Tokaij in Hongarije, Constantia in Zuid-Afrika.
Italiaanse naam voor (wijn)fles.
Ook aangeduid als Brett. Dit is een gistsoort die in wijnen voor kan komen.
4-ethylgluaiacol veroorzaakt aroma’s van spek en rook.
4-ethylfenol is verantwoordelijk voor een “stallucht”.
Meestal zijn deze aroma’s ongewenst, en in grote concentratie spreekt men van een fout.
De stallucht in een wijn was vroeger voor bepaalde wijnen vanzelfsprekend, zoals rode Bourgogne.
De Engelsen hebben er een uitdrukking voor: “a good Burgundy smells like shit”.
Het optreden van Brettanomyces in wijn heeft twee oorzaken: slechte hygiëne in de wijnkelder, of het minimaal gebruik van beschermende sulfiet.
In sommige biersoorten wordt Brett als een gewenst aroma beschouwd, bijvoorbeeld in Lambiek.
Meet-eenheid voor het suikergehalte in most.
Gebruikelijk in Amerika. Vergelijkbaar met Beaumé in Frankrijk, Oechsle in Duitsland en KMW in Oostenrijk.
Wijnregio in in Toscane
Rode wijnen in Chianti-stijl, gemaakt van de Sangiovese druif. Over het algemeen hoog gewaardeerd en hoog geprijsd.
Franse term voor een droge mousserende wijn.
Brut wordt door consumenten vaak ten onrechte aangezien voor een kwaliteit van Champagne.
Maar het is niets ander dan het zoetgehalte van de wijn, veroorzaakt door de “dosage”: de suiker die op het laatst aan de Champagne wordt toegevoegd.
Brut Champagne bevat maximaal 12 gram suiker/liter.
Een manier van snoeien van de druivenstok.
Bush vines is een half-wilde groeiwijze, de stam bestaat uit meerder takken en druiven zijn niet mechanisch te oogsten.
Sherryvat van 600 liter.
C
Rode wijndruif, familie van de beroemde Cabernet Sauvignon. Bordeaux, met name de rechterover
(St-Émilion en omgeving) en de Loire.
Veel rood fruit. Gedijt goed in een koel klimaat, maar als het te koud is wordt hij niet helemaal rijp.
Dan ontstaan aroma’s van paprika en groene onrijpe vruchten.
‘s Werelds meest gewaardeerde internationale rode wijndruif.
Een kruising van cabernet franc en sauvignon blanc.
Veel kleur, tannine, zuur, vegetale tonen, zwarte bessen-aroma. Laat zich uitstekend op hout rijpen.
Geeft strenge wijn die zeer goed kunnen ouderen.
Veel gebruikt in internationale blends om wijnen te verbeteren.
Dominante druif in Haut-Médoc, Bordeaux. Populair in de hele wereld, met name in Californië: de beroemde Opus One van Robert Mondavi.
Wijngebied in Zuidwest-Frankrijk. Rode wijn van Malbec en Tannat: zeer krachtig, tanninerijk, met een volle body.
Vroeger vanwege hun donkere kleur vins noirs genoemd: zwarte wijnen. Tegenwoordig hebben ze een soepeler stijl.
Regio in Normandië, Noord-Frankrijk.
Een vruchtbare grond, zeer geschikt voor appels en peren. Van de wijn hiervan (cider) wordt een distillaat gemaakt met een eigen beschermde geografische aanduiding (AOC of AOP): Calvados.
Italiaanse benaming voor een coöperatie: een samenwerkingsverband van wijnboeren.
Italië is een van de grootste wijnproducenten ter wereld, goed voor 1/5 van de totale wereldproductie, met een opbrengst van meer dan 5 miljard liter wijn per jaar. Er zijn in Italië enorm veel kleine wijnboeren en boeren die druiventeelt erbij doen. Zij verkopen hun druiven aan de plaatselijke cantine sociale.
Zuid-Afrikaanse term voor mousserende wijn, gemaakt volgens de méthode traditionnelle:
2e vergisting op fles.
Rode wijndruif.
Een echte heet-klimaat druif, groeit in Roussillon, Spanje (cariñena of mazuela) en Californië (carignane).
Veel tannine, redelijk veel zuur, kan ook mooi rood fruit geven.
Rode wijndruif.
Onderdeel van de blend van Bordeaux druiven. Het boegbeeld van Chili, in het verleden in de wijngaard vaak verward met Merlot.
Stevige zuren, veel smaak en kleur.
Portugese term voor druivenras.
Mousserende wijn uit Noord-Oost Spanje. Gemaakt volgens de méthode traditionnelle: 2e vergisting op fles. Grotendeels geproduceerd in Penedès en diverse afgebakende gebieden, onder meer in Rioja.
Druivenrassen en hun rol in de Cava: Macabeo (Viura) geeft fruit. Parelada geeft zachtheid. Xarel-lo geeft kracht en aroma. Ook Chardonnay en Pinot Noir mogen voor Cava gebruikt worden.
Franse benaming van een (wijn)kelder, een ondergrondse ruimte waar wijn wordt opgeslagen.
Ook vaak gebruikt als aanduiding van een wijnmakerij. Cave coopérative is een wijncoöperatie: een samenwerkingsverband van druiventelers en wijnmakers.
Franse term voor druivenras. Engels: varietal.
Een mono-cépage wijn is gemaakt van één druivenras, een bi-cépage wijn is gemaakt van twee druivenrassen.
Synoniem voor een steeds meer gevierde Siciliaanse blauwe druivenras, die fruit en bloemige frisheid kan toevoegen aan Nero d’Avola en Nerello Mascalese in het zuidoosten van het eiland, met name Cerasuolo di Vittoria DOCG. Waarschijnlijk een afstammeling van Ciliegiolo, werd het in 2010 verbouwd op een totaal van 752 ha.
Franse term voor bovengrondse opslagruimte voor wijn, meestal in vaten.
Gemeente in de Côte de Nuits (Bourgogne).
Beroemd om rode wijnen gemaakt van de Pinot Noir druif.
Champagne is een wijn met een beschermde naam, die alleen gemaakt mag worden in een afgebakend gebied: de Champagne, in Noord-Frankrijk. Dit is een koele wijnregio, de gemiddelde temperatuur in het groeiseizoen is 10, 5 °C. (Bij 9,5 ° stopt de wijnplant met groeien).
Een belangrijke factor is de bodem: Kimmeridge kalk, ontstaan door het bezinksel in miljoenen jaren van zeesterren en zeeasters. De Champagne is een oude zeebodem die omhoog gekomen is, dezelfde bodem als de kalkwanden van Dover in Engeland.
Voor Champagne mogen grotendeels 3 druivensoorten gebruikt worden, ieder met een eigen karakter:
chardonnay (wit) – verfijning, romigheid, fijne mousse
pinot noir (blauw) – kracht, structuur, rood fruit
(pinot) meunier (blauw) – fruitig, met name peer, maar is gevoelig voor oxidatie
Andere toegestane druiven zijn: arbane, petit meslier, pinot gris, pinot blanc.
Maar de productie van deze druiven is minder dan 0,5% van het totaal.
Champagne wordt ingedeeld in vier wijnregio. Elke regio is gespecialiseerd in een bepaalde druif:
Montagne de Reims – pinot noir
Vallée de la Marne – (pinot) meunier
Côtes de blancs – chardonnay
Aube – pinot noir, (pinot) meunier
Champagne is een blend van jaren, druiven en streken.
Alleen de millesimé is gemaakt van druiven van één jaar. Dit is altijd een top-cuvée, de dure wijn.
Een blanc de blancs is witte wijn van witte druiven, dus chardonnay.
Een blanc de noirs is witte wijn van blauwe druiven, dus pinot noir en/of (pinot) meunier.
Een Monopole is een champagne van één wijngaard.
De Méthode Traditionnelle betekent: de tweede gisting op fles. Dit is de verplichte methode, net als bij Spaanse Cava.
Na het dégorgement: het verwijderen van het bezinksel vlak voor de verkoop, verbetert Champagne niet meer. De flessen moeten niet bewaard worden, maar gedronken! Gelukkig zijn er nu wijnhuizen die de datum van dégorgement op de fles vermelden.
Vanaf Jeroboam zijn het namen van koningen in het Oude Testament.
- Piccolo: ¼ fles – 0,2 ltr
- Demi bouteille: ½ fles – 0,375 ltr
- Bouteille: 1 fles – 0,75 ltr
- Magnum: 2 fles – 1,5 ltr
- Jeroboam: 4 fles – 3 ltr
- Rheoboam: 6 fles – 4,5 ltr
- Methusalem: 8 fles – 6 ltr
- Salmanazar: 12 fles – 9 ltr
- Balthasar: 16 fles – 12 ltr
- Nebukadnezar: 20 fles – 15 ltr
De beste Champagnegronden bestaan grotendeels uit kalk. Die heeft een uitstekende drainage, dus te veel water wordt snel afgevoerd, en in droge tijden is er een goed water-reservoir.
Kalk is een zachte bodem, de wortels van de wijnstok kunnen diep doordringen.
Champagne is een afgemeten gebied, daarbuiten mogen de wijnen geen Champagne heten. Een goed stuk grond (een Grand Cru) kost momenteel ruim 1 miljoen euro per hectare. Het is daarmee de duurste landbouwgrond van de wereld.
De kwaliteit van de druiven en daarmee de prijs voor de wijnbouwers wordt voor een groot deel afgemeten aan de mate van kalk in de bodem. De beste delen heten “Grand Crus”. De beste Champagnes worden gemaakt van druiven van Grand Crus en Premier Crus – bodems.
De termen Grand Cru en Premier Cru worden niet aan een wijngaard gegeven, maar aan een heel dorp tegelijk.
Franse term voor het toevoegen van suiker aan de most. Uitgevonden door Comte Chaptal, een minister onder Napoleon. In Duitsland heet dit Anreichern.
De suiker wordt altijd (kort) vóór de vergisting toegevoegd. Het doel is niet de wijn zoeter te maken (dan zou je de suiker ná de vergisting moeten toevoegen, dat gebeurt met Champagne).
Chaptalisatie heeft als doel meer alcohol in de wijn te krijgen. Dat maakt de wijn ronder, soepeler, iets zoeter, en geeft meer body.
In Europa alleen toegestaan in zogenaamde A en B zones: de koele klimaten zoals Duitsland en Noord-Frankrijk, waar de druiven moeite hebben met rijping en de vorming van suikers. Niet toegestaan in C-klimaten: Zuid Frankrijk, Spanje, enzovoort.
Dankzij de klimaatverandering is dit steeds minder vaak nodig.
Een witte Bourgogne-druif met een goede zuurgraad en een medium tot volle body.
Chardonnay wordt wel de kameleon genoemd: hij past in alle klimaten en je kunt er alle typen wijn van maken. De bekendste stijl is de internationale imitatie van Bourgogne: houtgelagerd.
Afhankelijk van het klimaat onderscheiden we een patroon van smaken en aroma’s.
Koel klimaat (zoals Chablis): citroen, appel, peer
Gematigd klimaat (zoals Meursault) steenfruit, perzik, meloen
Warm klimaat (Australië) tropisch fruit, banaan, ananas, mango
Malolactische fermentatie geeft zuiveltonen: boter, room
Gistcontact geeft brood en gist aroma’s
Houtrijping geeft toast, koffie, cacao, ceder en vanille
Makkelijk te telen, groeit in koel en warm klimaat, heeft hoge opbrengsten.
Geeft de beste kwaliteiten op kalkgronden.
Beroemd geworden in Bourgogne, met name Le Montrachet en Meursault. Dit zijn houtgelagerde stijlen.
Chablis (Noord-Bourgogne) heeft meestal geen houtlagering. Het zeer koele klimaat in Chablis zorgt voor uitgesproken frisse citrustonen. In Bourgogne zijn dit vrijwel altijd mono-cépages: wijnen van één druivenras.
Een derde van alle Champagnedruiven is Chardonnay. Chardonnay zorgt voor een zeer fijne mousse en verfijnde, frisse smaken. Als een Champagne geheel uit Chardonnay bestaat heet dit blanc de blancs.
Productiemethode voor mousserende wijn. Tweede vergisting op tank.
De 2e vergisting produceert koolzuur, CO2, die in een tank vastgehouden wordt. Doordat het koolzuur niet weg kan trekt het in de wijn. Hoe kouder de tank, hoe langer het proces duurt: van 10 tot 90 dagen. Hoe langer het duurt, hoe beter de integratie van de koolzuur in de wijn.
Franse term voor wijnhuis in de Bordeaux.
Hoewel er veel mooie kastelen in Bordeaux staan is de naam Château niet beschermd. Er hoeft helemaal geen kasteel te staan, een schuur mag ook Château heten.
De term voor een wijnhuis in Bourgogne is Domaine.
Witte wijndruif uit de Loire, Frankrijk.
Voor droge, mousserende en zoete wijnen, van vaak zeer hoge kwaliteit.
De zoete Vouvray kan soms 100 jaar oud worden.
In Zuid-Afrika genoemd: “Steen” – hoge zuren.
Italiaanse term voor lichtbleke roséwijn.
Rode wijndruif uit de Provence – Frankrijk, soms ook Cinsault genoemd.
Hoge opbrengst en veel zuren.
Gedijt goed in een heet klimaat, daarom veel geteeld in Noord-Afrika.
Naast Cabernet Sauvignon basis van een beroemde Château Musar-wijn in Libanon.
Franse term voor een wijngaardperceel, gebruikt in de Bourgogne.
Franse term voor een ommuurde wijngaard, gebruikt in de Bourgogne.
De bekendste is Clos de Vougeot, een wijngaard met 80 eigenaren!
Witte wijndruif. Basis van de Armagnac, een druivendistillaat.
Colombard lijkt op de Sauvignon blanc, maar is iets ronder en minder fris. Tegenwoordig de basis van veel smakelijke en zeer goedkope Pays d’Oc wijn. Vaak een prima huiswijn voor de horeca.
Franse term voor een dorp.
In de wijnbouw een verzameling wijngaarden in en rondom een dorp.
Een gebied in de Noord-Rhône.
Hier worden de beroemde zeer dure wijnen gemaakt van de Viognier-druif.
Droge wijnen met een volle weelderigheid en bloemenaroma’s, iets vettig.
Franse term voor insectenbestrijding met hormonen. Diverse insecten in de wijngaard (Frans: vers de grapes) vreten aan de wijnstok, de druiven en de bladeren.
Met behulp van seksuele geurstoffen: feromonen, worden de mannetjes op een dwaalspoor gezet (het lijkt wel of er door de hele wijngaard vruchtbare vrouwtjes-insecten vliegen).
Daardoor stopt de voortplanting en is de overlast bestreden.
Italiaanse term voor handelsvereniging van wijnproducenten. Te herkennen aan de hals-labels op de fles.
De bekendste Consorzio is de Gallo Nero voor Chianti Classico, te herkennen aan de zwarte haan.
Landklimaat: hete droge zomers, koude winters.
Bijvoorbeeld: La Mancha, Midden-Spanje.
Faciliteit waar men wijn maakt, soms ook bottelt en etiketeert, en zelfs de verkoop en publiciteit in handen heeft. Eigendom van een aantal wijnboeren. Vaak moet men lid zijn om aan de coöperatie te mogen leveren. Een ideale oplossing voor druiventelers met weinig opbrengst.
Italiaans: Cantina sociale.
Beschermde oorsprongsbenaming in de Noord- Rhône (Frankrijk).
Krachtige rode wijn van 100 % Syrah druiven.
Witte wijndruif.
Geeft frisse wijnen met tonen van limoen en peer. Noord-Italië, basis van de Gavi di Gavi wijn.
Wijndorp in Côte de Beaune – Bourgogne. Rode wijnen van de Pinot Noir en witte wijnen van de Chardonnay.
Eén van de duurste witte wijnen ter wereld: Corton-Charlemagne Grand Cru.
Rode wijndruif. Veneto – Italië.
Samen met Rondinella en Corvinone de basis voor Valpolicella, Bardolino, Amarone en Recioto. Geeft veel fruit.
Franse term voor een helling in de wijngaard.
Hellingen hebben een aantal voordelen: de zon kan door de schuinte van de helling beter doordringen in de wijnstokken. Daardoor rijpen de druiven beter. Dit is vooral gunstig in koele gebieden. Ook blijft de gevreesde nachtvorst er niet in hangen, die zakt naar beneden.
Een nadeel van een helling is bodemerosie. Soms moet de bovenlaag van de bodem weer opnieuw aangebracht worden. Als de helling erg stijl is wordt mechanisch werken moeilijk. Er worden dan kabels gebruikt of zelfs sporen en lieren aangebracht. De arbeidskosten gaan daardoor wel omhoog.
Wijngebied in de Bourgogne, tussen Mâconnais en Côtes d’Or. Bekendste subregio: Mercurey, Givry, Rully, Montagny.
Met naam witte wijnen van de Chardonnay druif met over het algemeen een goede kwaliteit/prijsverhouding.
Wijngebied in Anjou, Loire -Frankrijk.
Zoete witte botrytis-wijnen van de Chenin blanc druif.
Franse term voor alle mousserende wijnen buiten Champagne.
Wijnen die gemaakt zijn met de Méthode Traditionnelle: tweede gisting op fles.
Franse term voor gewas.
Kan echter ook een kwaliteitsgebied zijn in de wijnbouw of een classificatie: Grand Cru.
Een kwaliteitsaanduiding voor Bordeaux wijnen. Lager dan Cru Bourgeois.
Kwaliteitsperceel, meestal in Bordeaux.
Tankmethode of Charmat methode. Een manier om mousserende wijn te maken.
Een wijn wordt opnieuw aan het gisten gebracht door suiker en gist toe te voegen. Deze 2e vergisting produceert koolzuur, CO2, die in een tank vastgehouden wordt. Doordat het koolzuur niet weg kan trekt het in de wijn.
Hoe kouder de tank, hoe langer het proces duurt: van 10 tot 90 dagen. Hoe langer het duurt, hoe beter de integratie van de koolzuur in de wijn.
Franse term voor een blend van wijnen.
D
Franse term voor het verwijderen van het gist-bezinksel in een mousserende wijn. Letterlijk: het uit de keel halen.
Direct hierna volgt het eventuele aanzoeten en bottelen. Daarna is de musserende wijn klaar voor verkoop en zal niet verder verbeteren.
Franse term voor een halfdroge wijn.
Voor Nederlandse begrippen is dit al tamelijk zoet.
Franse term voor bezinksel. Vaak een teken van een niet of weinig gefilterde wijn. Door weinig te filteren behoudt de wijn meer smaak, maar de consument waardeert het bezinksel niet, en denkt vaak dat de wijn een fout heeft.
Een Vintage Port is niet gefilterd. Een zeer oude Vintage Port kan een derde deel van de fles met bezinksel vullen.
Een dessertwijn is een wijn die je (meestal) bij een dessert drinkt.
In de menuleer worden kazen ook tot de desserts gerekend.
Het zijn wijnen met een verschillende graad van zoetheid.
Een voorbeeld van lichtzoete dessertwijn is Moscato d’Asti of Brachetto d’Acqui.
Het alcoholgehalte is laag (5-8 %). Alcohol versterkt de zoetbeleving: hoe hoger de alcohol, hoe zoeter de wijn ervaren wordt.
Zeer zoete dessertwijnen zijn botrytiswijnen zoals Quarts de Chaume (Loire) of Sauternes (Bordeaux).
Extreem zoete dessertwijnen zijn de Spaanse PX en Rutherglen Muscat uit Australië. Het suikergehalte kan oplopen tot 600 gram/liter. De Engelse term hiervoor is luscious.
Bij het proeven van meerdere zoete wijnen is het aan te bevelen de wijnen in oplopende zoetheid te proeven.
Zoetheid geeft een hoge verzadiging, waardoor lichtere wijnen niet goed meer geproefd worden.
Bij desserts is de beste combinatie een match in gelijke smaken en krachten.
Bij appeltaart passen veel dessertwijnen, maar bij sorbetijs moet de wijn een duidelijk zuur hebben.
Een klassieke combinatie met kaas is roquefort kaas met Sauternes.
Distilleren is het scheiden van vloeistoffen door middel van verdamping.
Het principe is eenvoudig: iedere vloeistof heeft een eigen moment van verdamping.
Wanneer je in een ketel een alcoholhoudende drank verhit, zullen de verschillende soorten alcohol ieder op een eigen moment verdampen. Als je de damp vervolgens afkoelt (condenseert) en apart opvangt krijg je verschillende vloeistoffen. Wat niet nodig is wordt verwijderd, de ethanol blijft over.
Er zijn drie fases van distilleren: voorloop, hart en afloop.
In de voorloop zit de alcohol die verdampt bij laagste temperatuur: de methanol, een zeer giftige stof, die verdampt bij 65 ºC. Dat is het gevaar van eigen stook: het niet verwijderen van de voorloop.
Het middengedeelte van het stooksel, het hart genoemd, is ethanol. Dit verdampt bij 78,3 ºC.
Na het hart verdampt de afloop: de hogere alcoholen, zoals propanol en butanol. Er zijn alcoholen die pas verdampen bij temperaturen boven 100 ºC. Zij geven zogenaamde foezels af: onaangename geuren. In geringe mate zorgen de foezels wel voor het eigen karakter van het distillaat.
Rode wijndruif. Italiaanse druif, voornamelijk in Piemonte. Gelijknamige wijn, donkerrood, zachte tannine.
Ondanks zijn naam (zoetje) zit er vaak een bittertje in de wijn.
Franse term voor wijngoed, vooral gebruikt in Bourgogne.
Vergelijkbare termen zijn: Château of Bodega.
Franse term voor de aangevulde zoetheid van een mousserende wijn.
Champagne is van nature zeer droog. Als de Champagne verkoopklaar wordt gemaakt, wordt hij afgevuld met een scheutje rietsuiker, opgelost in wijn. Dat heet dosage of Liqueur d’expédition. Op dat moment wordt de zoetheid van de wijn bepaald.
De zoetheden in Champagne zijn afhankelijk van het totaal aantal grammen suiker per liter:
- Brut nature / Ultra Brut / Zero Dosage: 0 tot 3 gram/liter
- Extra Brut: 0 tot 6 gram/liter
- Brut: 0 tot 12 gram/liter
- Extra Sec: 12 tot 17 gram/liter
- Sec: 17 tot 32 gram/liter
- Demi-sec: 32 tot 50 gram/liter
- Doux (riche): 50 gram/liter en meer
Phylloxera vastatrix ofwel de Vernietiger.
Deze druifluis, meegenomen door Engelse wetenschappers, heeft tussen 1850 en 1900 het merendeel van de wijnbouw in Europa vernietigd. Hij leeft van het sap van de wortels van de druivenstam, waardoor de druivenstok afsterft.
De enige remedie is de druif te enten op een onderstam van Amerikanse druivenrassen. Er zijn nog een paar plaatsen in de wereld waar niet-geënte druiven staan, zoals in Portugal, Australië, en heel Chili.
Afhankelijk van het klimaat.
Druivenoogst is in de herfst. Op het noordelijk halfrond vanaf augustus (Spanje, Sicilië) tot december (Zwitserland, Eiswein in Duitsland). Op het zuiderlijk halfrond in januari-maart. De eerste wijnen van het jaar komen dus uit Zuid-Afrika en Nieuw-Zeeland.
Familie: Vitis (wingerd)
Geslacht: Vitis vinifera (de druiven dragende)
Ras: er zijn ongeveer 6.000 druivenrassen bekend die gebruikt worden voor wijn.
Enkele druivenrassen (vooral Franse) spelen internationaal de hoofdrol:
Voor rood zijn dat: cabernet sauvignon, merlot, grenache, syrah/shiraz en pinot noir.
Voor wit: chardonnay, sauvignon blanc en riesling.
Tot voor kort was het meest geteelde druivenras ter wereld de airén, die vrijwel uitsluitend in La Mancha (Spanje) geteeld wordt. De meeste airén wordt verstookt tot brandy.
Nu is cabernet sauvignon de meeste geteelde druif ter wereld.
Iedere wijnregio heeft zijn specifieke druivenrassen. Bijvoorbeeld: Rioja en tempranillo, Toscane en sangiovese,
Franken en sylvaner. Een aantal landen hebben een kenmerkend druivenras: Oostenrijk en grüner veltliner, Argentinië en malbec, Chili en carmenère, Uruguay en tannat.
Het zuidelijkste deel van de Duiste wijnbouw (Baden) begint halverwege de Franse Elzas, aan de overkant van de Rijn. Duitsland ligt dus niet alleen oostelijk van Frankrijk, maar ook grotendeels noordelijk ervan. De lange warme herfst is wat Duitsland een uitstekend wijnland maakt.
Duitsland heeft ongeveer 100.000 hectare wijnbouw, verdeeld over 48.000 wijnbouwers. Maar zijn ook zeer grote wijngoedeigenaren, in totaal ongeveer 35 met een oppervlak van meer dan 400 hectare. De Duitse wijngenbieden zijn ingedeeld in 13 regio’s, de zogenaamde “Anbaugebiete”.
Riesling is de belangrijkste druif (22 % van alle wijnstokken) en Duitsland is op afstand de grootste rieslingproducent ter wereld.
Müller-Thurgau (een kruising van riesling en madeleine royale, ook rivaner genoemd) is de tweede druif.
Andere veel gebruikte druivenrassen zijn: weissburgunder (pinot blanc), grauburgunder (pinot gris), gewürztraminer, sylvaner en sauvignon blanc.
Ook zijn er een aantal “Neuzüchtungen”, kruisingen waarin veelal een deel riesling voorkomt, zoals kerner en scheurebe.
Duitsland is na Bourgogne en Orgeon de grootste producent ter wereld van de pinot noir, “spätburgunder”.
Een andere bekende rode druif-kruising is de dornfelder.
E
Letterlijk: levenswater.
Eau de vie is een verzamelnaam voor diverse sterke dranken, die vaak worden geproduceerd van vergiste en daarna gedestilleerde vruchten, maar ook van granen en zelfs van bier. Maar het kan uiteraard ook van de restanten van de wijnpersing geproduceerd worden: schillen, stelen en pitten. Hierin bevindt zich altijd nog een restant wijn, dat gedistilleerd wordt.
Duits term voor edelrot. Frans: pourriture noble. Engels: noble rot.
Een schimmmel (botrytis) die spontaan optreedt bij druiven in warm en vochtig weer. Hierdoor drogen de druiven in en worden smaken geconcentreerd, met name suikers en zuren, die in smaak wel in balans blijven.
Over de hele wereld maken wijnmakers hiervan goudgele zoete wijnen, zoals de Sauternes en de Tokaij.
Duitse term voor een wijngaard.
Frans: vigne (betekend ook wijnstok). Engels: single vineyard.
Spaanse term voor: geproduceerd (door).
Een Franse term: de wijn is opgevoed op eikenhout.
Spaanse term voor: gebotteld (=in de fles gedaan) door.
Een groot AOC wijngebied binnen de regio Bordeaux, waar voornamelijk droge witte wijn gemaakt wordt van de druiven: Sauvignon blanc, Sémillon en Muscadelle.
Letterlijk betekenis: tussen twee zeeën: het gebied tussen de rivieren Garonne en Dordogne.
Duitse term voor “op het wijngoed gebotteld”.
Frans: Mis en bouteille à la propriété.
Drinkbare alcohol.
Bij distillatie ontstaan: de voorloop (methanol, giftig) en het hart (ethanol).
De afloop: butanol, propanol enzovoort bestaat uit foezels en soms onaangename geuren.
De chemische formule van ethanol is: C2 H5 OH.
Ofwel: koolstof, waterstof en zuurstof.
Er zijn verplichte, facultatieve en verboden aanduidingen op een wijnetiket.
Verplichte aanduidingen:
Het woord wijn of een AOC of AOP (beschermde oorsprongsbenaming)
Naam en adres van de producent of bottelaar (mag ook een code zijn)
Land van herkomst
Inhoud
Alcoholgehalte
Bevat sulfiet (in de taal van de consument)
Facultatief (toegestaan) bijvoorbeeld:
Kleur van de wijn, medailles, smaak, eet-adviezen
Verboden zijn onjuiste of misleidende mededelingen, bijvoorbeeld de wijnen in een te hoge categorie plaatsen.
Franse term voor droog, maar minder droog dan Brut.
In gebruik voor mousserende wijnen.
F
Italiaanse term voor wijndomein Frans: Château (Bordeaux) of Domaine (Bourgogne).
Een categorie van kwaliteitswijnen in Wachau-Oostenrijk.
Lichte, opwekkende wijnen, een stijl tussen Steinfeder en Smaragd.
Jonge, niet helemaal uitgegiste wijn in Duitsland.
De ouderwetse Italiaanse mandfles.
De bolle fles is omkleed met raffia (tegenwoordig vaak plastic). Arbeidsintensief, dus nu te duur.
Geen Champagne maar een gebied in de cognac.
Cognac wordt geproduceerd in het departement Charente-Maritime, boven Bordeaux.
Fine Champagne is gemaakt van druiven uit de Grande Champagne en Petite Champagne. Dit zijn gebieden met rijke een kalkbodem. Hoe meer kalk, hoe hoger de kwaliteit.
De belangrijkste druiven: Ugni blanc, ofwel Trebbiano, een echte massawijn-druif.
En Colombard, die wat weg heeft van Sauvignon blanc.
Een laag gist. Flor is een gistlaag van een paar centimeters dik, die boven op de sherry in een vat drijft. Het is een spontaan natuurverschijnsel dat voorkomt in het sherrygebied en enkele andere plaatsen in de wereld, waaronder de Jura.
Flor sluit de sherry in het vat af, waardoor er geen zuurstof bij kan. Men noemt dit een ‘biologische rijping’. Deze sherry’s heten Fino of Manzanilla. Zij zijn altijd heel dun van structuur en zeer bleek van kleur. Een fino die vele jaren jaren flor heeft gehad wordt een Passada genoemd.
Een Amontillado is een sherry die eerst flor heeft gehad (gemiddeld een half jaar) maar later toch geoxideerd is.
Een Palo Cortado heeft nog korter flor gehad dan een Amontillado.
Wijnen die vanaf het begin zuurstof hebben gehad, hebben ‘oxidatieve rijping’ ondergaan. Die heten Oloroso.
Klik hier voor meer informatie.
Franse term voor een zeer groot houten wijnvat.
Geen vaste maat, enkele duizenden liters inhoud.
Door de grootte en de ouderdom heeft het hout zelf geen invloed op de wijn, maar er is wel oxidatie (zuurstofinwerking).
Veel fouten worden gemaakt door slechte hygiëne of slechte sluiting. De meest voorkomende fouten zijn:
- Kurk: een muffe, schimmelige lucht, die alle andere geuren verdringt. Oorzaak: 2,4,6-trichlooranisol, een chemische verbinding, vaak in de kurk aanwezig.
- Azijnsteek: een zure azijnlucht en zure azijnsmaak. Oorzaak: de azijnbacterie, vaak veroorzaakt door zuurstof bij de wijn.
- Oxidatie: een sterke sherry-lucht. Witte wijn wordt donkergeel, rode wijn wordt bruin. Oorzaak: lucht bij de wijn.
- Stal: een geur van dierlijke mest of paardenzweet. Oorzaak: slechte hygiëne geeft ruimte aan een bacterie: brettanomyces.
Italiaanse term voor licht mousserende wijn: 1 – 2,5 bar druk.
Een wijn met meer koolzuurdruk heet ‘spumante’ (vanaf 3 bar druk).
Frans: Pétillant. Duits: Perlwein.
G
Rode wijndruif. Beaujolais – Frankrijk. De beste wijnen op granietbodem (in het noorden). Lichte body, aardbeien aroma.
Er zijn 10 beroemde cru’s in Beaujolais, zoals Fleurie, Moulin-à-Vent. Een aantal cru’s smaken veel steviger dan men verwacht bij een gewone” Beaujolais”.
Beaujolais Primeur of Nouveau is met de methode “Maceration Carbonique” in 6 weken klaar. Consumptie in Nederland vanaf de 3e donderdag in November. De Beaujolais Primeur wordt nu vooral naar Amerika geëxporteerd.
In Nederland wordt niet veel Beaujolais primeur meer gedronken. Het is veelal vervangen door Novello’s uit Italië, die in de eerste week van november hier zijn.
Witte wijndruif.
Groen fruit, strakke zuren, medium body.
Dominante druif in Soave wijn (Veneto – Italië).
Rode wijndruif.
Meest geteelde rode druif in Spanje (Garnacha) en Zuid-Frankrijk (Grenache).
Garnacha is een belangrijk deel van de blend van druiven in de Châteauneuf-du-Pape, samen met Syrah.
Na Cabernet Sauvignon en Merlot de meest geteelde rode druif ter wereld. Leeft bij voorkeur in een heet klimaat.
Geeft veel alcohol, veel fruit en weinig kleur: ook geschikt voor rosé.
Portugese term voor een gerijpte wijn met jaartal, de garrafeira is de topwijn van een bedrijf, met de langste rijping.
Garrafeira betekent oogstjaar (vintage).
Engels: fine dining.
De kunst van het genieten van eten en wijn.
De beste combinaties van wijn en eten worden gemaakt als het karakter van beiden overeenkomt.
Bekende combinaties zijn: blauwe schimmelkaas met zoete Sauternes, wildschotel met Syrah uit de noord-Rhône, gerijpte Riesling met zuurkool en varkensvlees, truffel met Chianti.
In traditionele wijnstreken is de gastronomie goed, omdat de bewoners al eeuwen lang hun wijnen en eten op elkaar afgestemd hebben.
Rode wijn bij vlees en wit bij vis is een goed houvast, maar het kan ook anders.
Lichte rode wijn kan bij gebakken vis, stevige witte wijn kan bij licht vlees.
Om het karakter van wijn en eten te begrijpen kun je smaken in groepen onderscheiden:
Mondgevoel: strak of filmend
Smaaktype: jong of rijp
Smaakintensiteit: flauw of krachtig
Complexiteit: eenvoudig of complex
In de wijn & spijs cursus leer je in 3 dagen de theorie en de praktijk.
Droge witte wijn uit Piemonte -Italië, frisse zuren van de Cortese-druif.
Een DOCG wijn (beschermde oorsprongsbenaming) die van zeer goede kwaliteit kan zijn.
Witte wijndruif.
Elzas – Frankrijk, Alto Adige – Italië, Duitsland, Oostenrijk (Gewürztraminer), Nieuw-Zeeland, Spanje, Australië.
Een kruidig rozenaroma. Medium tot lage zuren.
Droge, halfdroge en zoete wijnen.
In sommige koele streken kan de Gewurztraminer meer frisse zuren ontwikkelen.
(Bijvoorbeeld in La Cafayate, Argentinië, op 1600 meter).
In de Elzas wordt deze druif de Keizer genoemd.
AOP in de Zuid-Rhône, Frankrijk.
Dominante druiven: Grenache en Syrah, vergelijkbaar met Vacqueyras.
Eencellig micro-organisme.
Gist produceert het enzym zymase, wat suiker omzet in alcohol en koolzuur. De belangrijkste wijngist is Saccharomyces Cerevisiae. Gist vermeerdert zich razendsnel, zolang de omstandigheden gunstig zijn: vocht, voeding, zuurgraad, temperatuur en zuurstof. De celdeling verloopt als volgt: 1 gistcel wordt 2, 2 wordt 4, 4 wordt 8, enzovoort. Een deling duurt gemiddeld 20 minuten.
Om zich te vermenigvuldigen heeft de gist zuurstof nodig.
De suikeromzetting naar alcohol is echter anaeroob: zonder zuurstof.
AOP gemeente in de Côte Chalonnaise in Bourgogne, Frankrijk
Zowel rode wijn van de Pinot noir als witte wijn van de Chardonnay.
Het is een typisch aroma van Riesling, wat ontstaat door rijping, of door hittestress.
Bij Duitse Riesling ontstaat het vooral tijdens het ouderen van de wijn.
Er zijn wijnproevers die dit aroma als een fout in de wijn beschouwen. Maar het wordt ook gewaardeerd, met name als het niet te overheersend is.
Verantwoordelijk hiervoor is TDN: norisoprenoïde koolwaterstof 1,1,6-trimethyl-1,2-dihydronaftaleen die vooral in riesling voorkomt. TDN-vorming reageert op het microklimaat van fruit en wordt verhoogd door hoge temperaturen en zonnestraling. Wijnen met een lage ph lijken meer vatbaar te zijn voor TDN-vorming, en giststammen hebben er ook invloed op. Op of net boven de detectiedrempel draagt het bij aan de complexiteit van een op fles gerijpte wijn, maar in relatief hoge concentraties, met name bij wijnen die al twee of meer jaar op de fles hebben gestaan, en bij meer kan TDN een ongewenst uitgesproken kerosine achtige smaak geven.
Rode wijndruif (ook Graciana).
Belangrijke druif in Navarra, Spanje, komt ook voor in Rioja en de rest van Spanje.
Veel fruit, de dikke schil zorgt voor kleur en tannine.
Wordt vaak geblend met de rode Garnacha – druif.
Druiven, aangetast door edelrot of pourriture noble: botrytis cinerea.
Deze schimmmel verschijnt in een warm en vochtig klimaat.
De druiven drogen uit en de smaken concentreren. Bijvoorbeeld in Sauternes. In de Alsace: Sélection de Grains Nobles.
Geen champagne, maar een gebied in de cognacstreek: Charente-Maritime.
De bodem bevat hier de meeste kalk, wat de beste Cognac geeft.
Spaanse term voor een mousserende wijn gegist in tanks.
Witte wijndruif.
Gemiddeld tot hoge zuurgraad, basis van de Orvieto wijn: Umbrië, Italië.
Droge tot halfzoete (amabile) wijnen.
Witte wijndruif.
Veel body, gemiddeld tot laag zuurgehalte, perzikaroma.
In Zuid-Frankrijk en Noord-Spanje.
Duitse term voor een groep wijngaarden.
Dit is een groep Einzellagen (wijngaarden) tezamen.
Witte wijndruif.
Typisch Oostenrijkse druif, waarvan hoge kwaliteiten wijn gemaakt worden. Ruim 1/3 van alle Oostenrijkse druiven is Grüner Veltliner.
Fris aangenaam zuur en fruitigheid. Leent zich voor het maken van alle soorten stijlen, van licht en fris tot vol en stevig. Door zijn veelzijdige smaken heel goed inzetbaar bij allerlei eten.
H
Een bedrijf dat druiven inkoopt, verwerkt en daarna verkoopt.
Ook de naam van een bedrijf dat wijn inkoopt en verkoopt. Ofwel: een wijnhandelaar.
Frans: merchant.
Wijngebied in de Bordeaux.
Uitsluitend rode kwaliteitswijnen. Haut-Médoc was een moeras, dat drooggelegd is door de Nederlanders. Daarna waren het de Engelsen die de Clairette uit Bordeaux kochten. Mede populair door de makkelijke aanvoerroute: van Médoc via de Gironde over zee.
Haut-Médoc is een kaal landschap, met overal beroemde wijnhuizen. De belangrijke Haut-Médoc wijndorpen zijn: St-Estèphe, Pauillac, St-Julien, Margaux, Listrac en Moulis.
Heuriger, afgeleid van het woord voor ‘vandaag’ maar wat nu ‘dit seizoen’ of ‘het laatste’ betekent, is een Oostenrijkse ‘wijnbar’ waarvan de sociale dimensies veel verder reiken dan de enige weken oude wijn die zo wordt beschreven. Keizer Josef II vestigde in 1784 formeel het recht van de Oostenrijkse wijnbouwers om hun jonge wijnen per glas te schenken (samen met een gerecht) in etablissementen waarvan de functie werd gekenmerkt door het ophangen van bosachtige bundels groenblijvende planten boven de deur, waarvoor reden waarom een dergelijke vestiging in Oostenrijk nog steeds een “Buschenschank” wordt genoemd. De nog troebele, vaak slechts gedeeltelijk gefermenteerde jonge wijn wordt afwisselend Staubiger (‘stoffige’), Federweisser (Duitsland) of Sturm (‘storm’) genoemd.
Hoofdproductschap Akkerbouw Producten.
Op een wijnetiket moet de naam van de importeur staan, of zijn HPA nummer.
Een kruising van Europese druiven (Vitis Vinifera) en Amerikaanse druiven (Vitis Labrusca, Vitis Berlandieri en andere). Hybriden zijn in veel wijnbouwgebieden niet toegestaan om wijn van te maken, omdat de Amerikaanse druiven een slechte wijnsmaak afgeven.
Er zijn een paar uitzonderingen voor specifieke druiven in specifieke gebieden, zoals:
Vidal, een hybride van de Franse Ugni blanc en de Amerikaanse Seibel druiven, gebruikt voor Canadese Ice Wine. En Baco 22A, gebruikt voor Armagnac en de enige toegestane hybride-druif in Frankrijk.
In Nederland zijn met name wijnen vaak gemaakt van hybriden zoals de Solaris en de Regent. Deze hybriden zijn beter bestand tegen het vochtige en koude Nederlandse klimaat. In Duitsland is deze ontwikkeling alweer op zijn retour, de kwaliteit valt tegen.
I
Italiaanse term voor gebotteld op het domein.
Italiaanse term voor gerijpt.
J
DO wijngebied in Zuid-West Spanje, onder Valencia.
Donkerrode, volle wijnen van de Monastrell druif. (Frans: Mourvèdre).
K
Het ‘schoonmaken’ van de wijn, met name het verwijderen van zwevende deeltjes en eiwitten. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van gelatine uit visgraat of botten, of eiwit. Ook bentoniet, een fijne kleisoort uit Amerika kan toegepast worden, met name als men ‘vegetarische’ of ‘veganistische’ wijn produceert. Klaren wordt toegepast ná het filteren.
Wijnstokken die vermenigvuldigd zijn uit dezelfde moederplant.
Elke kloon heeft specifieke eigenschappen, zoals vorstbestendigheid, vroeg of laat rijpend, resistentie tegen bepaalde ziektes.
De Pinot Noir en de Tempranillo druiven staan erom bekend erg makkelijk te veranderen van eigenschappen. Er zijn dan vele klonen van één ras.
Klosterneuburger Mostwaage.
Meeteenheid voor de hoeveelheid suiker in de most, het geeft de hoeveelheid in % aan.
Dus 1 kilo most met 100 gram suiker = 10%, ofwel 10 KMW.
Gebruikelijk in Oostenrijk.
Genoemd naar zijn oorsprong in Klosterneuburg bij Wenen, is de traditionele meeteenheid van Oostenrijk voor het Mostgewicht, 1 KMW is gelijk aan ongeveer 5 ° Oechsle.
Vergelijkbaar met Beaumé (Frankrijk), Brix (Amerika), Oechsle (Duitsland).
CO2.
Gist breekt suiker af in alcohol en koolzurgas. CO2 is wat wijn mousserend maakt. Maar ook in zogenoemde “stille wijnen” (niet-mousserende wijnen) zit een minieme hoeveelheid natuurlijk koolzuur. Dit maakt wijnen toegankelijker, makkelijker drinkbaar.
Als het koolzuurgas duidelijk waarneembaar is heet dit frizzante (Italië) of pétillant (Frankrijk).
Als de druk nog verder toeneemt spreekt men van spumante (Italië) of mousseux (Frankrijk).
In de gistkelder is het ook een gevaar: het is reukloos en verdringt zuurstof.
Koolzuurgas is zwaarder dan lucht, het zakt naar beneden. Als het niveau zo hoog wordt dat je het inademt loop je groot gevaar: je ademt gewoon door, maar krijgt geen zuurstof binnen. Het enige wat je merkt is vermoeidheid.
Ieder jaar sterven er wijnmakers aan koolzuurgas, en soms ook de mensen die hen proberen weg te halen uit die omgeving.
Luchtverversing is dus essentieel.
Frans: macération carbonique.
De hele druiventrossen worden onder druk vergist. Een deel van de gisting vindt in de druif plaats.
Dit geeft wijnen met veel kleur en primair fruit en weinig tannine.
Deze techniek wordt toegepast voor rode Beaujolais, jonge Valpolicella enzovoort.
Frans: bouchon.
Kurk wordt gestanst uit de bast van een kurkboom. Deze bast is de natuurlijk bescherming tegen vuur; kurk weerstaat een temperatuur van 2000 graden. Een kurkeik doet er 25 jaar over om voor het eerst kurk te leveren. Daarna kun je elke 9 jaar oogsten. Portugal is de grootste kurkeik-producent ter wereld, met name in het droge en warme Alentejo. Kurk is een goede afsluiter omdat het 30 % indrukbaar is.
“Kurk” is ook de benaming van een verontreiniging in de fles. Dit wordt veroorzaakt door TCA: 2,4,6-trichlooranisol. Het effect van “kurk” is eerst een verlies van geur, met name het fruit in de wijn.
Daarna komt er een muffe geur die verschillend omschreven wordt: schimmel, vochtige kelders, oude kerken of natte kranten. De kurk-verontreiniging is een chemisch proces in de fles. Het is een reactie van chloor of broom, veroorzaakt door een slechte kurk, of door in de ruimte waarin de wijn, flessen, kurk, doos, enzovoort zich bevindt een chloorproduct te gebruiken, zoals een schoonmaakmiddel of verf.
Er is gegarandeerd 100% TCA-vrije kurk te koop: de kurk wordt door een ‘mechanische neus’ gecontroleerd. Dit proces duurt lang, deze kurk is daarom nu nog erg kostbaar.
De alternatieven voor een kurksluiting:
- Een kunststof kurk. Goed voor snel te drinken wijnen. Zij geven echter na twee jaar ook een geur aan de wijn af.
- Vinolok: een glazen kurk, hersluitbaar. Kostbaar, maar mooi en effectief.
- De “Stelvin” ofwel: schroefdop. Dit heeft de toekomst. Proefnemingen hebben uitgewezen dat de rijping onder schroefdop anders is: de wijn behoudt meer frisheid, terwijl bij een kurk de wijn een gelijkmatige rijping kent.
Kooperatieve Wynbouers vereniging. De grootste coöperatie in Zuid-Afrika.
L
Rode wijndruif. Hier wordt in Emilla Romagne (Italië) de gelijknamige wijn van gemaakt: een heel lichte stijl wijn, licht mousserend, halfdroog.
Helaas wordt de Lambrusco ook misbruikt als naam voor een zeer goedkope fabrieksmatige wijn.
Geleidingssysteem voor wijnranken van palen en ijzerdraad.
Engels: Trellis.
Engelse term voor het roeren van de dode gistcellen in de wijn. Dit geeft de wijn extra smaak.
Frans: bâtonnage (roeren met een stok).
Franse term voor bezinksel van dode gistcellen. Engels: lees.
Door de wijn sur lie te leggen ontstaat er een typische gistsmaak van brooddeeg. Bekendste voorbeelden: Champagne en Muscadet sur lie.
Franse term voor een wijnperceel.
Dit wijnperceel heeft geen Grand Cru of Premier Cru status, maar wordt wel als een beter stuk grond gezien.
Franse term voor de zoete toevoeging aan Champagne.
Vlak voor de botteling wordt de zoetheid van de (altijd zeer droge) Champagne bepaald. Een mengsel van suiker en wijn wordt toegevoegd.
De zoetheid van de Champagne loopt van zero dosage (totaal droog) tot doux (uitgesproken zoet, >50 gram suiker/liter).
Franse term, gebruikt bij Champagne.
Een mengsel van wijn, suiker en gist wordt aan een stille wijn toegevoegd. Een stille wijn is een al vergiste, niet-mousserende wijn.
De fles wordt weer afgesloten en dit mengsel zorgt voor een tweede gisting op de fles. Tijdens deze tweede gisting ontstaat koolzuur, dat kan niet ontsnappen: de mousserende wijn is geboren.
Franse term voor zeer zoete, stroperige wijn.
Vaak gemaakt van door botrytis (een schimmel) aangetaste druiven, die door de schimmmel ingedroogd zijn en daardoor een geconcentreerde wijn geven.
Italiaanse term voor een krachtige, vaak versterkte wijn.
M
Franse term voor (schil)inweking.
De tijd dat de rode wijn in contact is met de schillen. Dit kan vóór en tijdens de vergisting.
Hoe langer de macération, hoe meer kleur, aroma en tannine er aan de schil onttrokken wordt en in de wijn komt.
Franse term voor koude inweking.
De tijd dat de most van druiven met de schillen in contact is.
Dit gebeurt nog vóór de gisting, om meer fruitaroma’s van de schil aan de wijn mee te geven (vaak bij witte wijnen).
Bergachtig vulkanisch eiland in de Atlantische Oceaan, 600 km ten westen van Marokko.
Behoort bij Portugal. Het waait hier altijd, waardoor de temperatuur gematigd wordt.
Het noorden is vochtig, met veel mist.
Het zuiden is droog met een altijd aangename temperatuur van 20-25 graden.
De beroemde Madeira is een met alcohol versterkte wijn (gemiddeld 17 %).
Gemaakt in 4 stijlen, die genoemd zijn naar het druivenras:
Sercial (droog)
Verdelho (halfdroog)
Boal of Bual (halfzoet)
Malmsey of Malvasia(zoet)
De meeste Madeira wordt echter gemaakt van de Tinta Negra druif.
Een ander bekend druivenras is de Terrantez.
Uiterlijk: van goudgeel tot diep amber bruin. Kwaliteits-Madeira (zonder estufagem) herken je ook aan een groene tint.
Smaakkenmerk: zeer hoge zuren, altijd een zoet (in gradaties).
Aroma’s: gedroogd fruit, citrus, specerijen, hooi of saffraan, terpentine, noten, tabak, koffie, karamel.
Madaira toont zijn ware kwaliteit bij rijping vanaf 10 jaar. Het kan bijna onbeperkt rijpen, wijnen van 100 jaar en ouder smaken fantastisch.
Door warmte verandert de wijn. De wijn kleurt bruin en krijgt karameltonen.
Genoemd naar Madeira – de wijn die als balast meegenomen werd op schepen naar de tropen, en daar door de warmte ging madériseren. De kwaliteit ging er door vooruit.
Goedkope Madeira wordt snel gemadeiriseerd door “estufagem”: verhitten tot maximaal 50 graden, gedurende 3 maanden.
Wijngebied in Zuid-West Frankrijk. Krachtige donkerrode wijnen met veel fruit, zuur en tannine van 4 druivenrassen: Tannat, Cabernet Sauvignon, Cabernet Franc en Fer Servadou.
Met name de Tannat zorgt voor het intense karakter, de donkere kleur en de grote hoeveelheid tannine in de wijn.
Rode wijndruif.
Pruimen, bramen, veel kleur, veel tannine, soms wat stoffig aroma.
Belangrijkste druif van de Cahors, waar hij Côt genoemd wordt.
Onderdeel van de blend van druiven in rode Bordeaux.
Belangrijkste druif van Argentinië.
Omzetting van appelzuur in melkzuur. Een bacteriologische omzetting die plaats vindt na de gewone vergisting.
De harde, agresieve appelzuren worden omgezet in zachte melkzuren. Er wordt nog +/- 1 % extra alcohol gevormd. Je proeft de malolactische omzetting als boter en noten in de wijn.
Gebruikelijk procedé voor alle rode wijnen. Bij witte wijnen meestal niet, omdat er dan teveel frisheid verloren gaat. Uitzondering: veel Chardonnay-wijnen, waaronder de houtgelagerde witte Bourgognes.
Wittewijndruif, vooral gebruikt voor zoete wijnen.
Middellandse Zee: Italië, Griekenland, alle eilanden, Turkije, Libanon, Israël. En Portugal.
Bekende voorbeelden: Madeira en Vin Santo.
Franse term voor een wijnmaker. Met name gebruikt in de Champagne.
Franse term voor eau de vie van de pulp van geperste wijn: schilletjes, pitjes, steeltjes. Engels: pomace. De wijn die hier nog uitkomt wordt gedistilleerd tot eau de vie. Deze eau de vie kan ook houtgelagerd worden en rijpen.
Het bekendste voorbeeld is Grappa uit Italië.
Een witte wijndruif.
Weinig zuren, fijne smaak. Vooral gebruikt in Rhône wijn, zoals de Hermitage.
Meestal geblend met de Roussanne druif.
Franse term voor een landgoed of wijndomein.
In Roussillon en noordoost-Spanje: Catalonië.
Italiaanse term voor wijndomein.
Blauwe wijndruif.
Beter bekend als Mourvèdre (Frankrijk) of Monastrell (Spanje)
Zachte wijnen met een zeer donkerrode kleur.
Veel voorkomende druivenziektes. Schimmels tasten het blad aan. Dit ontstaat in vochtig weer.
Meeldauw (Oïdium) is een droge schimmel, bestrijden met zwavel en kalk. Valse meeldauw (Peronospora) is een donzige schimmel, bestrijden met koper en zwavel.
Wijngebied in de Loire – Frankrijk. De buur van Sancerre. Frisse, aromatische witte wijnen van de Sauvignon blanc, vrij stevige rode wijnen van de Pinot noir.
Tegenwoordig soms hoger in prijs dan de beroemde Sancerre.
Wijngebied in de Côte Chalonnaise – Bourgogne, Frankrijk.
Vooral bekend om rode wijnen van de Pinot Noir.
Rode wijndruif.
Merlot is de basis van alle rode Bordeaux wijnen. Zeer populaire internationaal sterk opkomende druif vanwege zijn zachte smaak. Veel voorkomend in Californië.
Zacht, rond, volle body, hoog alcohol met smaken van pruimen, kersen en vijgen. Leent zich goed voor houtrijping, krijgt dan aroma’s van cederhout en tabak. Verzacht de Cabernet Sauvignon in Bordeaux-wijn.
Merlot kan goedkoop en saai zijn, maar er zijn ook pure merlot-wijnen van duizenden euro’s, zoals Château Petrus in de Pomerol.
Omdat Merlot ongeveer 2 weken eerder rijpt dan CabernetSsauvignon is dit een veiliger druif voor de wijnboeren in Bordeaux. Tijdens de oogsttijd (Frans: vendange) in de herfst, in september / oktober kan het flink onweren en hagelen in de Bordeaux-streek. Een heel jaar werken wordt zo in 10 minuten vernietigd. Hoe eerder de druif geoogst kan worden, hoe veiliger.
Franse term voor tweede gisting op fles. De tweede gisting op een afgesloten fles wijn met behulp van extra suiker en gist geeft koolzuur, die niet kan ontsnappen en in de wijn trekt. Frans: tirage.
De beroemdste wijn gemaakt met deze methode: Champagne. Overige wijnen op deze manier gemaakt noemt men crémant.
De bekendste méthode traditionelle wijnen buiten Frankrijk zijn de Spaanse Cava en de Zuid-Afrikaanse Cap Classique.
Klimaat is het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar.
Microklimaat: Het klimaat in en rond de druivenstok.
Mesoklimaat: Het klimaat in de wijngaard.
Macroklimaat: Het klimaat in een wijnregio.
Een uitvinding van Michel Roland, een wereldbekende wijnmaker.
Aan de rijpende wijn wordt voortdurend hele kleine hoeveelheden zuurstof toegevoegd.
Hierdoor worden harde wijnen met veel tannine en zuren snel zachter.
Franse term voor oogstjaar, een aanduiding op de fles.
Meestal in gebruik voor mousserende wijnen waarbij normaal geen jaartal genoemd staat, omdat het blends van verschillende jaren zijn.
Een millésime is dan een uitzonderlijk goede wijn van één jaar.
Franse term voor botteling op het wijndomein.
Hiermee heeft de wijndrinker de garantie dat de wijn door de wijnmaker zelf in de fles is gedaan en niet is vermengd met andere wijnen.
Franse term voor een drank op basis van ongegist druivensap en alcohol.
Bijvoorbeeld: Pineau des Charentes (Cognac), Ratafia (Champagne) en Moscatel de Valencia.
Spaans: mistela.
Franse term voor zoete wijn. Vaak ook rond en dik van structuur.
Wijngebied in de Bergerac – Frankrijk.
Zoete witte wijnen van de Sémillon druif in de stijl van Sauternes: met door botrytis aangetaste druiven, niet versterkt met alcohol.
Franse term voor een wijngaard van één eigenaar. Voornamelijk in de Bourgogne.
Wijngebied in de Côte Chalonnaise – Bourgogne, Frankrijk.
Witte wijn van de Chardonnay druif.
Wijngebied in Côte de Nuits – Bourgogne, Frankrijk.
Beroemd om de prijzige rode wijnen van de Pinot Noir druif.
Ongegist druivensap.
Ruw druivensap is troebel en bruin.
Blauwe wijndruif.
Spanje, Bandol – Frankrijk, Californië.
Dieprode kleur, veel alcohol en tannine. Doet het goed in een heet klimaat.
Franse term voor mousserend. Een koolzuurhoudende wijn met belletjes of bubbels. De druk is 3 – 6 bar.
Een wijn met een druk tot maximaal 3 bar heet pétillant: prikkelend.
Dit is geen wijn, want wijn is alleen gemaakt van druiven. Moutwijn is een distillaat, gemaakt van gemout graan, zoals gerst.
Het woord wijn is voorbehouden aan het alcoholisch vergiste sap van druiven. Een naam gekoppeld aan het woord wijn mag echter wel, dan hoeft het niet van druiven te zijn gemaakt: moutwijn, notenwijn, appelwijn enzovoort.
Italiaanse term voor edelrot. Frans: pourriture noble. Engels: noble rot. Duits: Edelfäule.
Botrytis cinerea, een schimmel, zorgt voor indroging van de druiven. Daardoor zijn de smaken in de wijn meer geconcentreerd. Speciaal voor goudgele zoete wijnen zoals Sauternes en Tokaij.
Een druif met een enorm krachtig primair aroma: de geur van druiven en rozen. Eén van de oudste druivenrassen ter wereld. Kent vele kleuren: goud, roze, donkerblauw. Een aantal onderrassen: Muscat Blanc à Petits Grains, Muscat of Alexandria, Muskat Ottonel.
Zowel gebruikt voor zoete als droge wijnen. Zuid-Frankrijk: Roussillon. Voor de Vins doux Naturel (VDN). Tevens een uitstekende geurige tafeldruif.
Ook in Spanje, Italië, Oostenrijk, Griekenland, Zuid-Afrika, Californië, Australië.
N
Wijngebied in Noord-Griekenland.
Rode wijnen met veel zuren en tannine van de Xinomavro druif.
Blauwe wijndruif. De naam is afgeleid van nebbia: Italiaans voor mist, die veel voorkomt in Piemonte.
Basis van de beroemde Barolo en Barbaresco uit Piemonte.
Aroma’s van viooltjes, hoge zuurgraad en stevige tannine. Bleke kleur, neigt snel naar veroudering.
De wijnen kunnen zeer lang rijpen.
De klassiek stijl nebbiolo heeft hoog zuur en stevige tannine.
De moderne stijl heeft veel meer fruit en is zachter, toegankelijker.
Nederlandse wijn is in opkomst. De vraag is hoog, omdat Nederlanders graag wijn uit eigen land willen drinken.
Er zijn momenteel ongeveer 200 wijngaarden, verspreid over heel Nederland, waarvan de meeste liggen in Zuid-Limburg, Brabant en Zeeland.
De bekendste wijngoederen zijn Apostelhoeve in Zuid-Limburg, Thorn in Midden-Limburg en de Kleine Schorre in Zeeland (vitis vinifera druiven). Daarnaast is er Colonjes in Groesbeek (hybride druiven).
Dankzij de klimaatopwarming schuift de wijnbouwgrens naar het noorden op. Ook Engeland heeft wijnbouw. Maar zelfs in Zweden en Finland is beperkt wijnbouw.
De bekendste wijndruiven in Nederland zijn Riesling, Mülller-Thurgau en Auxerrois. Dit zijn witte druiven, waarvan met name Riesling verrassend goed kan zijn.
Het grootste probleem voor druiventelers zijn schimmelziektes zoals meeldauw. Die ontstaan door het vochtige en koude klimaat. In antwoord hierop zijn nieuwe rassen gekweekt zoals Rondo en Regent (blauwe druiven). Dit zijn hybriden: kruisingen van Amerikaanse en Europese druivenrassen.
Franse term voor wijnhandelaar, handelshuis.
Blauwe wijndruif.
Betekent: zwart en bitter. Gebruikt in de Salice Salentino, Copertino, Brindisi, Leverano, and Squinzano-wijn uit Puglia, Zuid-Italië.
Wijngebied in Noord-Oost Griekenland.
Volle, zachte en fruitige rode wijnen van de blauwe Agiorgitiko druif.
Blauwe wijndruif.
Rode wijnen met veel fruit en body, en een donkere kleur. Vooral bekend in Sicilië.
Nieuw-Zeeland is één van de jongste wijnlanden ter wereld: Pas sinds de jaren 70 van de afgelopen eeuw is er een georganiseerde aanpak van wijnbouw.
De witte wijnen zijn uitgesproken fris en de aroma’s van vooral Sauvignon blanc overweldigend, met aroma’s zoals gras en buxus en tropisch fruit: lychee, mango, papaya en ananas. De wijnen zijn zeer populair, met name in Australië en Amerika. Omdat tegelijkertijd de productie nog klein is, zijn de wijnen kostbaar.
Het zuidereiland heeft een uitgesproken koel klimaat. Voor een wijnland buiten Europa is dat uitzonderlijk. De bekendste wijnen komen uit Marlborough: het Noorden van het Zuidereiland. Cloudy Bay is daar de bekendste producent van Sauvignon blanc.
Meest geteelde druiven in Nieuw-Zeeland: 1) Chardonnay 2) Sauvignon blanc 3) Pinot Noir.
Daarna volgen Riesling en Gewürztraminer, druiven die het goed doen in de koelte van het zuidereiland.
Maar ook Cabernet Sauvignon, Merlot, Cabernet Franc en zelfs Malbec en Shiraz worden verbouwd, vooral op het warmere Noorder-eiland.
Franse term voor ongefilterd.
Ongefilterde wijn kan meer smaak hebben dan gefilterde, maar de consument schrikt van het bezinksel in de fles. Daarom wordt de meeste wijn gefilterd (zeker voor supermarkten).
Italiaanse term voor jonge wijn.
Deze wijn is kort na de oogst gebotteld. Vergelijkbaar met Beuajolais primeur en al vanaf november in Nederland te koop.
O
Duitse schaal voor het meten van het ‘Mostgewicht’, dus de rijpheid van druiven. Dit systeem is gebaseerd op de dichtheid van druivensap. Druivensap met een soortelijk gewicht van 1,075 zou 75° Oechsle zijn. Dit is het systeem dat in Duitsland wordt gebruikt en het vindt zijn oorsprong in een weegsysteem voor druivensap, eerst ontwikkeld door de Württembergse wetenschapper JJ Reuss, maar in de jaren 1830 sterk verfijnd door de Pforzheim-fysicus Ferdinand Oechsle.
Vergelijkbaar met Baumé (Frankrijk), Brix (Amerika), KMW (Oostenrijk).
De maat van een houten fust.
Engels: Hogshead (300 liter). Gebruikt voor vele soorten met alcohol versterkte wijnen en destillaten.
Voor elke drank is er een andere maat. Bijvoorbeeld: Madeira en Marsala (209 liter). Port (259 liter) Armagnac (272,2 liter).
De wijn helder maken.
De wijn in een vat overhevelen (oversteken) naar een ander vat en daarbij het bezinksel (de droesem) in het eerste vat achter te laten.
P
Een type sherry.
Droge sherry, vergelijkbaar met amontillado, maar de flor is nog eerder gestopt, waardoor hij een meer geoxideerd karakter heeft. Weinig productie, vaak hoge kwaliteit.
Witte druif in Xerez – Spanje. De enige druif voor alle sherry’s.
Zoete sherry wordt achteraf gezoet met Pedro Ximenes en/of Moscatel.
Witte wijndruif in Noordwest-Spanje. Eén van de druiven in de blend voor Cava: Spaanse mousserende wijn, gemaakt volgens de méthode traditionelle: 2e gisting op fles.
Parellada wordt in de Cava geblend blend met Macabeo (Viura) en Xarel-lo, en soms met Chardonnay. Parellada geeft de zachtheid in de wijn.
Italiaanse term voor gedroogde druiven.
De druiven zijn laat geoogst gedroogd vóór de vergisting, waardoor de smaken in de wijn geconcentreerd worden. De wijn wordt rijker, krijgt meer body, en wordt door de geconcentreerde suiker en de hogere alcohol wat zoeter.
Beroemdste gemeente in de Haut-Médoc, Bordeaux.
Uitsluitend hooggeprijsde rode wijnen, gedomineerd door Cabernet Sauvignon en Merlot.
In Pauillac staan drie van de vijf Premier Grands Crus:
Château Lafite Rothschild
Château La Tour
Château Mouton Rothschild
Franse term voor een licht mousserende wijn, ergens tussen perlant en mousseux.
Blauwe wijndruif.
Eén van de druiven die gebruikt mag worden in de druivenblend (assemblage) van rode Bordeauxwijnen.
Moeilijk te telen, ziektegevoelig.
Veel fruitaroma’s, geeft prachtige volle wijnen.
Gebied van de Cognac.
In Charente Maritime wordt cognac gemaakt, voornamelijk van de Ugni blanc (Trebbiano) druif.
De beste grond heeft de meeste kalk: Grande Champagne. Daarna is de beste grond Petite Champagne.
De druiven van beide regio’s samen heten Fine Champagne.
Champagne betekent: akker van kalkgrond.
Een Franse term die letterlijk ‘kleine kastelen’ betekent. Deze term heeft met naam een heel specifieke betekenis in het wijnbouwgebied van Bordeaux.
Vele duizenden eigendommen zijn bescheiden in zowel hun omvang, hun reputatie en prijs.
Pinot Blanc / Weißburgunder / Pinot bianco
Elzas / Duitsland / Oostenrijk / Italië. Makkelijke druif in de wijngaard.
In de Elzas wordt de Pinot Blanc als niet-edele druif gezien, mag daarom niet voor een Grand Cru gebruikt worden. De Pinot Blanc komt daar veel voor in de Edelzwicker (blend). Breed culinair inzetbaar, wordt vaak aangeprezen bij mosselen. In Italië meestal een simpele massawijn. Maar bij lage opbrengsten een wijn met meer bewaarpotentieel dan Pinot Gris.
In Duitsland wordt de Weißburgunder soms op hout gelagerd, met zeer goede resultaten.
Pinot Gris / Pinot Grigio / Grauburgunder/ Ruländer (synonym voor halfdroge Pinot Gris in Duitsland)
Elzas, Italië, Duitsland. Neutrale smaak, iets gerookt. Weinig zuren. Iets voller met meer body dan de pinot blanc.
In de Elzas noemt men deze druif ook “de Sultan”.
Pinot Noir / Pinot nero / Spätburgunder
Een druif met een dunne schil, dé rode wijndruif voor een koel klimaat: Bourgogne, Oregon, Nieuw-Zeeland, Duitsland, Chili.
Bleke kleur, hoge zuren, en een kersenaroma. Kan zeer goed ouderen. Geeft al snel een verkleuring naar oranje. Goedkope Bourgogne is vaak onaangenaam: schraal, met hoge zuren.
Maar Pinot noir is ook de basis van de duurste wijnen ter wereld: top-Bourgognes: Wijnen die tijdens het ouderen zeer delicaat en fijn van smaak worden, vaak op het randje van omslag.
Bordeaux-liefhebbers, die meer body gewend zijn, noemen Bourgogne ‘slappe thee”.
In Duitsland heet de Pinot noir Spätburgunder en doet het daar fantastisch. Uitgerekend in de Ahr, één van de meest noordelijke wijnbouwgebieden, alsmede in Baden, de warmste wijnregio van Duitsland. Hoog geprijsd, want de Duitsers drinken hun rode wijnen zelf, daardoor zijn ze weinig bekend in Nederland.
Pinot noir wordt overal in de wereld aangeplant, maar in warme landen zoals Zuid-Afrika en Australië kan de druif gaan “pinoteren”. Er komen dan aroma’s vrij van verbrand rubber.
Rode wijndruif, vrijwel uitsluitend geteeld in Zuid-Afrika. Kruising van Pinot Noir en Hermitage (Cinsaut)
Veel zuren, stevige body, krachtige smaken, hoog alcohol.
Kan in een heet klimaat “pinoteren”: aroma’s van verbrand rubber geven. Door zijn sterke smaak zeer geschikt bij geroosterd vlees, zoals de Afrikaanse “braai”.
Engelse term voor een pijp: een groot wijnvat.
In de Douro (Noord-Portugal) gebruikt voor port. Een pipe heeft een productiemaat van 550 liter en een verschepingsmaat van 534 liter.
Italiaanse term voor een klein wijndomein.
Botrytis Cinerea – een bekende schimmel in de tuinbouw.
Deze schimmel treedt op waar het warm en vochtig is. Het tast de vruchten aan. Meestal bij druiven die naast een rivier of meer staan. Indien Botrytis optreedt bij onrijpe druiven is de de oogst verloren. Dit heet in Frankrijk “pourriture gris”. Indien botrytis gewenst is voor de stijl van de wijn (zoet) en optreedt bij rijpe druiven spreekt men van “pourriture noble” (Frans), edelsüß (Duits) of noble rot (Engels)
Door botrytis drogen de druiven in, waardoor de smaken concentreren. Met name zoet en zuur, die hierdoor krachtiger worden, maar wel in balans blijven. Hiervan maakt de wijnmaker heerlijke goudgele zoete wijnen.
Bekendste voorbeelden: Sauternes in de Bordeaux en Tokaij in Hongarije.
Duitse en Oostenrijkse kwaliteitswijn-indeling.
Op basis van rijpheid van druiven en de hoeveelheid natuurlijke suiker in de most.
De categorieën zijn van laag naar hoog:
Kabinett (niet in Oostenrijk)
Spätlese
Auslese
Beerenauslese
Ausbruch (alleen in Rust, Oostenrijk)
Trockenbeerenauslese
Eiswein
Fruitaroma’s in wijn, afkomstig van de druif, na de vergisting.
Bekend is het primair aroma van de Muscat-druif, die hierdoor ook een zeer smakelijke tafeldruif is.
Primaire aroma’s zijn fruittonen zoals appel, peer, perzik, banaan, lychee, kersen, bessen, pruimen.
Secundaire aroma’s zijn het gevolg van wijnmaaktechnieken na de vergisting:
Intensief met de afgestorven gist in een wijn veroorzaakt een aroma van brooddeeg (zoals in champagne).
Houtlagering geeft ook secundaire aroma’s zoals koffie, gebrand hout, kokos en chocolade.
Tertiaire aroma’s komen de rijping. In witte wijnen vooral herkenbaar als specerijen zoals kerrie, in rode wijnen met name als bosgrond en paddestoelen. Tertiaire aroma’s worden ook ‘bouquet’ genoemd.
Frans term voor voor het eerste fruit van het seizoen dat eigenlijk enkel voor ‘jonge wijn’ wordt gebruikt. De Franse aoc-regels maken het mogelijk dat volgende jonge wijnen morgen worden verkocht op de derde donderdag van november na de oogst: Beaujolais, Côtes du Rhône, Grignan-les-Adhémar, Ventoux, Languedoc, Gamays van de Touraine, Anjou, en Gaillac, Coteaux du Lyonnais, Côtes du Roussillon, Mâcon Blanc, Tavel Rosé, Rosé d’Anjou, Cabernet d’Anjou, Cabernet de Saumur, Bourgogne Blanc, Bourgogne Aligoté, Muscadet en Gaillac Blanc.
Een wijngebied in Catalonië – Noord-Spanje (Catalaans: Priorato).
Vaak zeer hoog geprijsde rode wijnen gemaakt van een blend van oude Grenache noir wijnstokken met cabernet sauvignon en merlot. Het eerste gebied na Rioja dat zich DOCa mocht noemen.
Italiaanse term voor (wijn)producent.
Franse term voor eigenaar (van een wijngoed).
Mousserende witte wijn uit Veneto, Italië.
Productiemethodes: tweede vergisting in tank of op de fles.
Druif: Prosecco. Smaak: zeer fris, zuiver, elegant, licht.
Aroma’s van peren, bloemen, perzik.
Licht mousserend: frizzante (< 1-2,5 bar). Mousserend: spumante (>3 bar).
Dubbel staand houten rek voor Champagneflessen. Hierin werden de Champagneflessen bewaard tijdens de rijping en dagelijks gedurende 6 weken gekeerd door een remueur. Daarmee werd de gist in de fles stapsgewijs naar de hals gebracht, zodat het makkelijk verwijderd kon worden.
Tegenwoordig is de pupitre vervangen door de gyropalette, een machine die hetzelfde proces veel sneller doet: in 8 dagen.
De weduwe Clicquot, grondlegster van Veuve Clicquot Champagne, ontwierp de eerste pupitre door in haar eikenhouten tafel gaten te boren.
De classificatie van zoetheid door het aantal puttonyos maakt geen deel meer uit van de Hongaarse wijnwet. Vroeger bepaalde het aantal puttonyos de zoetheidsgraad van Hongaarse Tokaji wijn.
Puttonyos zijn mandjes met 25 kg door botrytis aangetaste druiven. Deze ingedroogde druiven zijn geconcentreerd en zeer zoet. Hoe meer puttonyos op het etiket stond, hoe zoeter was de wijn, tot een maximum van 6 puttonyos.
Q
Qualitätswein bestimmter Anbaugebiete.
Kwaliteitswijn uit één van de 13 omschreven Duitse wijnbouwgebieden.
Zeer zoete, rijke stijl wijn van Anjou, een streek in de Loire.
Gemaakt van de Chenin Blanc druif die botrytis heeft ondergaan: indroging door edelrot, waardoor de smaken concentreren.
Portugese term voor een boerderij of wijndomein.
Frans: Château of Domaine.
R
Alternatieve generieke naam voor het drogen van druiven, uit de rechtstreekse Franse vertaling van rozijnen, maar ook specifiek gebruikt voor relatief grote, donkere, gedroogde druiven, vooral in Californië, waar rozijnen voor de economie even belangrijk zijn als druiven voor wijn.
Zoete wijn gemaakt van gedroogde druiven.
Voor Amarone worden de druiven ongeveer een maand gedroogd, voor Recioto twee maanden. Het suikergehalte is dan zo hoog dat er na de vergisting altijd restsuiker overblijft. In gebruik bij Valpolicella en Soave – wijnen uit Veneto, Italië.
Franse term voor iemand die druiven verbouwt en zelf oogst.
Het verplaatsen van het gistbezinksel.
In gebruik bij Champagne, het depot wordt in 6 weken stap voor stap in de hals gebracht, teneinde het makkelijk te kunnen verwijderen. Dit gebeurde door een remueur, die tot 30.000 flessen per dag kon keren. Tegenwoordig uitgevoerd door een gyropalette, een machine die het veel sneller doet: in 8 dagen.
Reserve is een term die door wijnproducenten royaal wordt gebruikt voor verschillende bottelingen. Het zou zelf letterlijk gereserveerd moeten worden, voor superieure wijnen, maar in tegenstelling tot reserva (Spanje) en riserva (Italië) heeft de Engelse term Reserve weinig controle over het gebruik ervan. Sommige wijnmakerijen brengen verschillende bottelingen uit, die allemaal het woord in hun naam kunnen opnemen (Proprietor’s Reserve, Estate Reserve, Reserve Selection, Private Reserve, Vintner’s Reserve en dergelijke). De Franse term is Réserve en er zijn stappen ondernomen om het gebruik van termen zoals Cuvée de Réserve te beheersen. In champagne zijn de reservewijnen die uit een bepaald jaar worden bewaard voor toekomstige menging, meestal in de niet-vintage cuvée.
De suiker die in de wijn blijft na de vergisting.
Iedere wijn, ook de allerdroogste, heeft iets restsuiker. 0,0 gram restsuiker in wijn bestaat niet!
Wijngebied in de Loire, ten Westen van Sancerre.
Droge witte wijnen van de Sauvignon blanc druif en vrij zachte rode wijnen van de Pinot Noir druif.
D.O. gebied in Noord-West Spanje.
Een koel gebied met evenveel neerslag als in Nederland.
Zeer frisse, sappige droge witte wijnen, gemaakt van de Albariño-druif.
Oude naam (toto 2009) voor een wijngebied in Portugal boven Lissabon. Tegenwoordig wordt dit gebied Tejo genoemd.
Rode en witte wijnen.
Witte wijndruif.
Hoge sappige zuren, aroma’s van groene appel, bloemen, perzik, soms tropisch fruit.
Voor droge, halfdroge, mousserende en zoete tot edelzoete wijnen.
Riesling is minder geschikt voor houtlagering. Goede kwaliteit botrytis-wijnen (edele rotting).
Riesling is zeer gevoelig voor het terroir, de plaats waarde wijnstok staat, en kan overal een andere stijl geven.
Riesling kan door rijping of stress “petrol-aroma” ontwikkelen.
Riesling wordt in veel wijnbouwgebieden verbouwd, met name in Duitsland, Oostenrijk, Elzas, Nieuw-Zeeland.
Riesling kan topwijnen produceren, vooral in koele tot zeer koele gebieden in Duitsland.
Topwijnen kunnen zeer lang ouderen: vele tientalen jaren.
Bewaarwijnen komen in Duitsland met name uit Rheingau, Mosel en de Wachau (Oostenrijk).
Mosel staat bekend om mooie Riesling met hoge zuren.
De meeste Riesling staat in de Pfalz.
In Baden, Zuid-Duitsland, staat vrijwel geen riesling, het is er te warm.
Riesling groeit ook in Australië, Italië, Californië.
In Australië (Eden Valley, Clare Valley) ontstaat door hittestress op jonge leeftijd veel petrol aroma.
Nederlandse Riesling kan redelijk tot goed zijn, zoals op ‘Apostelhoeve’ bij Maastricht en wijngod Thorn in Midden-Limburg.
Witte wijndruif, goed bestand tegen kou.
Meest geteelde druif in Rusland: 260.000 hectare!
Witte wijndruif.
Rhône-druif, samen met de Marsanne. Veel body, veel zuur, en fruitaroma’s.
Rode wijndruif.
In Californië gekweekte kruising uit de Carignan en Cabernet Sauvignon. Zeer geschikt voor een heet klimaat.
Ook in gebruik in Argentinië, Chili, Zuid-Afrika. Eenvoudige zachte, makkelijke rode wijnen.
Wijngebied in Spanje, ten westen van Ribera del Duero.
Frisse witte aromatische wijnen van minstens 50% Verdejo, vaak geblend met Sauvignon Blanc, die veel gelijkenis vertoont. Een bijna vergeten wijn, maar nu weer helemaal in trek. Over het algemeen medium geprijsd, met een goede prijs/kwaliteit-verhouding.
Wijngebied in de Côte Chalonnaise (Bourgogne).
70% witte stille en mousserende wijn van de Chardonnay druif.
S
Franse term voor “bloeden”.
Een rosé die gemaakt wordt uit het weglopende sap van blauwe druiven die nog niet geperst zijn.
Wijngebied bij Sauternes, Bordeaux.
Zoete witte wijnen van door botrytis aangetaste druiven.
Noordelijkste wijngemeente van de Haut-Médoc in Bordeaux.
Uitsluitend hooggeprijsde rode wijnen, gedomineerd door Cabernet Sauvignon en Merlot.
Wijnregio in de Noord-Rhône.
Volle krachtige donkere wijnen van 100 % Syrah druiven.
Bekend als goede wijn bij wildgerechten.
Beroemd wijndorp in de Haut-Médoc – Bordeaux
Uitsluitend hooggeprijsde rode wijnen, gedomineerd door Cabernet Sauvignon en Merlot.
Wijngebied in Puglia, Zuid-Italië.
Volle, warme, fruitige wijnen van hoofdzakelijk de Negroamaro druif.
Een rode wijndruif (de naam betekent: bloed van Jupiter)
Voornaamste teelt in Italië, Californië, Australië, Argentinië. Stevige zuren, rood fruit aroma’s, droge klassieke wijnen. Voor topkwaliteit wijnen in Toscane. Italië: Chianti, Brunello di Montalcino, Vino Nobile di Montepulciano.
Witte wijndruif.
Met name geteeld in Loire, Bordeaux, Spanje, Nieuw-Zeeland, Australië, Zuid-Afrika, Argentinië, Chili, Californië.
Stuivende aroma’s van kruisbessen, appel, lychee, ananas, mango.
Ook: gras, hooi, groene paprika, kattenpis of buxus. Dit wordt veroorzaakt door de methoxypyrazine.
Hoge frisse zuren. Sauvignon Blanc gedijt het best in gematigd koele streken.
Beroemd in de Loire, waar de stuivende aroma’s het meest ‘getemd’ zijn: Sancerre, Pouilly-Fumé en Menetou-Salon. In witte Bordeaux wordt sauvignon blanc voor het frisse zuur, samen met Sémillon en Muscadelle.
Het boegbeeld van Nieuw-Zeelandse wijnen in Marlborough (Zuidereiland), met zijn pebble stones: grote keien. Daar krijgt de Sauvignon blanc krachtige aroma’s van tropisch fruit. Bekendste producent in Marlborough: Cloudy Bay.
Wijngebied in Anjou – Loire.
Droge witte wijnen van de Chenin blanc druif, vaak van zeer goede kwaliteit.
De beste kwaliteiten hebben duidelijke tonen van vuursteen.
De schroefdop of Stelvin is sterk in opkomst, ook voor top-wijnen: het aantal wijnen, wereldwijd bedorven door “kurk” (TCA) is ongeveer 4 %. Dat zijn ruim een miljard flessen per jaar! Een schroefdop reduceert dit tot een zeer klein percentage.
Er zijn schroefdoppen die extra zuurstof meegeven. Je kunt dat zien aan de onderkant van de dop: zilver is neutraal, wit geeft extra zuurstof. De fles moet veel preciezer gemaakt zijn, om zuurstof door lekkage te voorkomen.
Bovendien is een schroefdop (veel) goedkoper dan de gemiddelde kurk.
De kunststof kurk geeft na ongeveer 2 jaar een ongewenste smaak aan de wijn en is daardoor niet geschikt voor bewaarwijnen.
Secundaire aroma’s zijn het gevolg van wijnmaaktechnieken na de vergisting:
Intensief met de afgestorven gist in een wijn veroorzaakt een aroma van brooddeeg (zoals in champagne).
Houtlagering geeft ook secundaire aroma’s zoals koffie, gebrand hout, kokos en chocolade.
Primaire aroma’s in wijn zijn fruitaroma’s afkomstig van de druif, na de vergisting.
Bekend is het primair aroma van de Muscat-druif, die hierdoor ook een zeer smakelijke tafeldruif is.
Primaire aroma’s zijn fruittonelen zoals appel, peer, perzik, banaan, lychee, kersen, bessen, pruimen.
Tertiaire aroma’s komen van de rijping. In witte wijnen vooral herkenbaar als specerijen zoals kerrie, in rode wijnen met name als bosgrond en paddestoelen.
Witte wijndruif.
Gemiddeld zuur, volle body, aroma’s van abrikozen, perzik, honing. Zeer geschikt voor “pourriture noble”: edele rotting, en dus voor zoete wijnen zoals Sauternes, waar hij geblend wordt met sauvignon blanc, om de wijn het nodige zuur als tegenspel te geven. Veel geteeld in Bordeaux, Australië en Californië.
Versterkte wijn uit Xerez, Zuid-Spanje.
De enige druif voor droge sherry is de witte Palomino Fino, een druif met vrij neutrale, iets muskaatachtige smaak. Er zijn twee types sherry: met of zonder oxidatie tijdens de rijping in houten vaten.
Flor is het geheimzinnige proces van een zwevende gistlaag op de wijnen, dat op slechts enkele plaatsen in de wereld spontaan optreedt. Doordat de flor de sherry afsluit van de lucht treedt er geen oxidatie op. Sherry’s met flor, zonder oxidatie zijn de bleekgele en strodroge Fino en Manzanilla. Deze sherry’s hebben een licht zilte smaak. Tonen van amandelen en kamille. De mooiste fino’s hebben 9 jaar flor rijping gehad en worden ongefilterd gebotteld: fino en rama.
Fino en Manzanilla zijn bij uitstek geschikt als aperitief.
Een fino die gerijpt is in het kustplaatsje San Lucar de Barrameda heet een Manzanilla.
Sherry die eerst flor heeft ondergaan en daarna oxidatie heet Amontillado of Palo Cortado.
Kleur: amber. Tonen van hazelnoten.
Sherry zonder flor, met volledige oxidatie heet oloroso. Deze sherry is bruin en heeft tonen van walnoten, vijgen, rogge.
De mooiste amontillado, palo cortado en olorosso zijn de VOS: minimaal 20 jaar rijping, en de VORS: minimaal 30 jaar rijping.
Zoete sherry’s zijn achteraf gezoet met ingekookte pedro ximénez of moscatel.
Die heten:
pale cream (van fino en manzanilla sherry)
medium (van elke stijl sherry)
cream (van oloross sherry)
Wijntype in de Wachau, Oostenrijk.
Rijke, droge wijnen met veel body, van rijpe, laat geoogste druiven.
Spaans systeem voor oudering en blend van wijnen van verschillende jaren in fusten.
Solera betekent: bodem.
Met name toegepast in Jerez, voor sherry.
De jonge wijn komt in de bovenste vaten: de sobretable.
Daarna in de criaderas.
De laatste fusten, die op de bodem liggen, heten solera.
Italiaanse term voor mousserende wijn.
Mousserende wijn heeft een druk van 3-6 bar.
Wijn uit Wachau, Oostenrijk. De lichtste stijl droge kwaliteitswijn.
Hongaarse rode wijn.
Krachtige, donkerrode wijn van o.a. de Kékfrankos (Blaufränkisch) en Kadarka druif.
Stille wijn is niet-mousserende wijn.
De voorgeschreven alcoholgehaltes zijn van 8,5-15 %.
De accijnzen op stille wijn zijn in sommigen landen veel lager dan die van mousserende wijn (b.v. België). In Nederland zit op alle wijnen met gemiddelde alcoholpercentage 66 cent accijns per fles van 0.75 liter inhoud.
Zoete Duitse of Oostenrijkse wijn, gemaakt van druiven die op stro of riet gedroogd zijn.
Vergelijk met “Vin de paille” (Jura, Frankrijk)
Bordeaux wijn van zeer goede kwaliteit.
In 1855 is vastgesteld welke Bordeaux wijnen van het linkeroever tot de Grand Cru behoren. Sindsdien is er nog maar voor één wijn een wijziging geweest: Mouton Rothschild in 1973. Sommige wijnen zouden bij een nieuwe beoordeling wellicht ook 1e Crus zijn. Zij worden wel Super Second genoemd. Maar welke wijnen dat zijn blijft een punt van discussie. Vaak genoemd: Pontet Canet en Lynch Bages.
Rode wijn uit Toscane, gemaakt van Bordeauxdruiven zoals cabernet sauvignon of merlot, geblend met sangiovese. Trendy en zeer dure wijnen.
De eerste Super Tuscan was de Tignanello van wijnhuis Antinori.
Een andere bekende Supertoscan: Sassicaia van Tenuta San Guido.
Franse term voor wijn met 1 % meer alcohol.
Italiaans: superiore.
De mousserende wijn is klaar voor het dégorgement: het verwijderen van het gistbezinksel.
De fles staat nu helemaal ondersteboven, het gistdepot zit in de hals.
Rode wijndruif.
Krachtige wijnen, diepe paarsrode kleur, zelfs bij het ouderen. Aroma’s van pruimen, peper, grafiet. Gedijt het best in een heet klimaat.
In de Noord-Rhône van Frankrijk gebruikt als mono-cépage: wijn gemaakt van één druif. De krachtigste en donkerste wijnen van Frankrijk, met name: Hermitage. In de Zuid-Rhône geblend met o.a. Cinsaut en Grenache. De topdruif van Australië, gebruikt voor de beroemde “Grange” Barossa Valley is hét gebied voor top-Shiraz in Australië.
Shiraz wordt overal ter wereld aangeplant en geeft ook uitstekende wijnen in bijvoorbeeld Californië en Zuid-Afrika. Shiraz wordt in de Nieuwe Wereld met succes geblend, vaak met Cabernet Sauvignon.
Hongaarse term, betekent: “zoals het komt”.
Wijn van druiven die in verschillende stadia van aantasting zijn door Botrytis.
Hoe meer botrytis de druiven hebben, hoe zoeter de wijn wordt.
Hongaarse term voor droge wijn.
T
Rode wijndruif.
Diepzwarte zeer krachtige wijnen met veel fruit, hoog zuur en zeer veel tannine. Cahors – Frankrijk, samen met Malbec wordt hier de “vin noir” gemaakt: zwarte wijn. Dankzij de “micro brulage” van Michel Roland is de Cahors-wijn een stuk zachter geworden. Micro brulage is het voortdurend toevoegen van een hele kleine dosis zuurstof aan de rijpende wijn.
Tannat is de belangrijkste kwaliteitsdruif in Uruguay, waar warmte voor rijpheid zorgt, waardoor de tannine zachter is en het fruit in de wijn goed tot zijn recht komt.
Blauwe wijndruif. Gekweekt voor hete klimaten. Lichte wijnen, voornamelijk Australië.
Een napje waarmee wijn geproefd wordt.
Traditioneel in Bourgogne. Ook gebruikt door: “Les Chevaliers de Tastevin”.
Wijngebied in de zuidelijke Rhône, waar vooral rosé geproduceerd wordt.
De wijn is altijd kurkdroog, maar de druiven Grenache en Cinsault geven de blend een zekere schijnbare zoetheid. Koelen en jong drinken is essentieel, als alternatief voor rode wijn bij warm weer. Grenache in alle drie de tinten is, zoals in de hele zuidelijke Rhône, het dominante druivenras en moet tussen de 30 en 60% van de blend uitmaken.
Rode wijndruif.
Veel kleur, medium zuur en tannine. Goed rijpingspotentieel.
In Noord-Spanje de basis van de beroemde Rioja, alsmede van de Pesquera en Vega Sicilia in Ribera de Duero. De beroemdste Vega Sicilia is de Unico, een wijn die vele jaren op vat rijpt. Deze wijn kan extreem oud worden en daarbij aan kwaliteit winnen.
Tempranillo heeft veel klonen en bijnamen zoals Cencibel en Ull de Llebre.
Tempranillo heet in Portugal onder andere Tinto Roriz en is een deel van de druivenblend voor Port.
Italiaanse term voor (wijn)domein.
Franse term voor een samenhang van bodem, klimaat en druivenras.
Het belangrijkste argument van Frankrijk tegenover de nieuwe wijnen buiten Europa: De eeuwenlange kennis van bodem, klimaat in de wijngaard, druivenras.
Voortdurend punt van discussie: in hoeverre wordt terroir beïnvloed door de wijnmaker?
Nieuwe wijnlanden als Californië en Australië gebruiken nu terroir in hun presentatie, omdat het goed verkoopt. Maar een herkomstgebied “South Australia” of “Coastal” in Californië is veel te groot om van een terroir te kunnen spreken.
Er is ook een echte zoektocht naar terroir in de Nieuwe Wereld, met name naar het aspect koel klimaat. In klassieke wijnlanden wordt onder druk van de commercie een wijngebied soms te veel uitgebreid, met als gevolg dat wijngaarden op plaatsen liggen die met het oorspronkelijke terroir van die wijn niet veel meer van doen hebben.
Tertiaire aroma’s komen van de rijping. In witte wijnen vooral herkenbaar als specerijen zoals kerrie, in rode wijnen met name als bosgrond en paddestoelen.
Secundaire aroma’s zijn het gevolg van wijnmaaktechnieken na de vergisting:
Intensief met de afgestorven gist in een wijn veroorzaakt een aroma van brooddeeg (zoals in champagne).
Houtlagering geeft ook secundaire aroma’s zoals koffie, gebrand hout, kokos en chocolade.
Primaire aroma’s in wijn zijn fruitaroma’s afkomstig van de druif, na de vergisting.
Bekend is het primair aroma van de Muscat-druif, die hierdoor ook een zeer smakelijke tafeldruif is.
Primaire aroma’s zijn fruittonelen zoals appel, peer, perzik, banaan, lychee, kersen, bessen, pruimen.
Wijngebied in Noord-Spanje, grenzend aan Rueda.
Fruitige volle rode wijnen van de Tempranillo druif.
Blauwe wijndruif uit Portugal.
Geschikt voor zeer hoge kwaliteit complexe wijnen die lang kunnen ouderen.
Samen met tinto roriz (tempranillo) de belangrijkste kwaliteitsdruif in de blend van druiven voor Port.
Een witte wijndruif.
Hoge opbrengsten, neutrale wijnen. Met moderne koele vinificatie in roestvrij stalen tanks een smakelijke, makkelijke en goedkope wijn.
Meest geteelde witte druif in Frankrijk en Italië. Basis van cognac.
Meervoud: tries – Franse term voor selectie van druiven.
De druiven worden per rondgang tijdens de pluk geselecteerd op rijpheid.
Blauwe wijndruif.
Portugal, zachte wijnen met aroma van pruimen.
Zeer zoete Duitse wijn.
Gemaakt van grotendeels door Edelfäule (botrytis) aangetaste druiven:
Een schinmmel, die de druiven indroogt en daardoor de smaken concentreert: zuur, zoet en aroma’s.
Franse term voor wijn met de kleur van een dakpan: roodbruin.
Een kenmerk van oude rode wijnen, als de kleur verandert: van paarsrood via robijnrood naar bruinrood.
U
Italiaans voor druif.
Italiaanse term voor een blend van druiven. In Frankrijk assemblage genoemd.
V
AOC wijngebied in Zuid-Rhône – Frankrijk
Wijnen van een blend van druiven: hoofdzakelijk Grenache, Mourvèdre, Syrah. Vergelijkbaar in stijl met Gigondas.
Veel voorkomende druivenziektes. Schimmels tasten het blad aan. Dit ontstaat in vochtig weer.
Valse meeldauw (Peronospora) is donzige schimmel, bestrijden met zwavel en koper. Meeldauw (Oïdium) is een droge schimmel, bestrijden met zwavel en kalk.
Zoete wijnen, versterkt met wijnalcohol.
Met name in Roussillon en Zuid-Rhône.
De bekendste: Muscat de Rivesaltes, van de Muscat-druif. En: Banyuls, van de Grenache-druif.
Italiaanse term voor oude wijn. Een door wijnwetten beschermde benaming.
Franse term voor wijnoogst. Italiaans: Vendemmia. Duits: Ernte. Engels: Harvest.
Als er op een etiket van een wijnfles een jaartal staat, wordt altijd het oogstjaar bedoeld. Soms kom je op een fles 2 jaartallen tegen, dan is dat het oogstjaar en het jaar waarop de wijn in de fles is gebotteld.
Franse term voor met de hand oogsten.
Franse term voor laat geoogste, rijpe of overrijpe druiven. Meestal voor zoete wijnen.
Engels: late harvest. Duits: Spätlese.
Een witte wijndruif.
Rueda – Spanje. Populaire, herontdekte druif. De wijn is hier genoemd naar de druif: Verdejo.
Aroma’s: fris, stuivend, met pruimen en peren. Lijkt veel op Sauvignon blanc en wordt daar vaak mee geblend. Sappige, smakelijke en vriendelijk geprijsde wijnen.
Witte wijndruif uit Portugal, Madeira.
Hier wordt de medium-dry stijl Madeira van gemaakt.
Tegenwoordig ook als gewone wijn gevinificeerd in o.a. West-Australië.
Witte wijndruif.
Gelijknamige wijnen in Marche – Oost-Italië. Veel zuren, makkelijke frisse wijnen met een klein prikkeltje. Bekendste wijn: Verdicchio dei Casteli di Jesi. In originele Amphora-fles of in Bordeaux-model.
Witte wijndruif. Veel zuren.
Witte wijn, bekend uit San Gimignano, Toscane.
Toen wijnen nog in vaten met een zeilschip getransporteerd werden, trad er vaak bederf op door micro-organismen: schimmels, gisten en bacteriën. Een methode om wijnen hiertegen te beschermen is het toevoegen van alcohol tot boven de 15 %, daarboven sterven micro-organismen af. Dit is met name door door de Engelsen ruim toegepast om wijnen veilig te vervoeren, zoals bij Port, Sherry en Madeira.
Versterkte wijnen zijn aangevuld met alcohol boven 15 %. Zij worden ook aangeduid als “zuidwijnen”.
Sherry: afhankelijk van het type, 15-20 %
Madeira: gemiddeld 19 %
Port: 19-21 %
Wanneer de alcohol toegevoegd wordt na de vergisting ontstaat een droge wijn. Sherry wordt zo gemaakt, alle zoete sherry wordt achteraf bijgezoet, meestal met (ingekookte) most van moscatel of PX druiven.
Als de alcohol toegevoegd wordt tijdens de vergisting, blijft er onvergiste restsuiker in de wijn over, dat geeft een zoete wijn.
Zo worden port en madeira gemaakt.
Franse term voor oude wijnstokken. Meestal wijnranken die meer dan 50 jaar oud zijn. Geen beschermde naam.
Door hun leeftijd geven deze wijnstokken minder en kleinere druiven, waardoor de smaak van de wijn geconcentreerder wordt.
Spaanse term voor oude wijn.
Italiaanse term voor wijngaard.
Frans term voor wijngaard.
Franse term voor bewaarwijn.
Een wijn met veel bewaarpotentieel, meestal door hoge zuren en ruim tannine.
Frans term voor stro-wijn.
Wijn gemaakt van op stro gedroogde druiven. Door het drogen worden de smaken geconcentreerd. Zoete wijnen uit de Jura – Frankrijk.
Spaanse term voor wijngaard. Portugees: Vinha.
Franse term voor het maken van wijn.
Spaanse term voor met alcohol versterkte wijn.
Italiaanse wijn uit Toscane.
Montepulciano is een gebied in Toscane waar men wijn maakt van de Sangiovese druif. Vaak zeer mooie kwaliteit, vergelijkbaar met Chianti.
Een witte wijndruif met aroma’s van perzik en abrikozen, gemiddelde zuurgraad en volle body.
Gedijt goed in een warm klimaat – door de klimaatverandering inmiddels ook in Zuid-Limburg aangeplant (b.v. wijngaard Apostelhoeve).
Een druivenras dat bijna uitgestorven was, op een paar perceeltjes na: in Condrieu, Noord-Rhône. Omdat de steile hellingen in Condrieu zeer moeilijk te bewerken zijn was deze druif bijna opgegeven. Herontdekt en nu zeer populair in de nieuwe wijnlanden: Australië, Argentinië, Californië en Zuid-Afrika.
Italiaanse term voor wijnboer, druiventeler.
Italiaanse term voor druivenras. Uva is het woord voor druif in het algemeen.
Naam van de Europese druivenfamilie voor de wijnbouw.
Er zijn ongeveer 6000 bekende druivenrassen geschikt om wijn van te maken.
Het is in de meeste landen verboden om drank van andere druivenrassen “wijn” te noemen. Ook mogen voor wijn geen hybrides gebruikt worden: kruisingen van de Europese en Amerikaanse druif. Er zijn een paar uitzonderingen hierop zoals:
Vidal, een hybride van de Franse Ugni blanc en de Amerikaanse Seibel druiven, gebruikt voor Canadese Icewine.
Baco 22A, gebruikt voor Armagnac en de enige toegestane hybride-druif in Frankrijk.
In Nederland zijn hybrides toegestaan.
Witte wijndruif, gebruikt voor witte Rioja en mousserende Cava in Spanje.
Italiaanse term voor “levendig” – iets mousserend.
Azijnzuur, veroorzaakt door de azijnbacterie.
Het eerste stadium van afbraak van de wijn. Dit proces wordt versneld door het contact van de wijn met zuurstof. Herkenbaar aan de lucht van lijm. Ruim aanwezig in door botrytis aangetaste druiven.
Wijngebied in de Côtes de Beaune – Bourgogne, Frankrijk. Bekend om zijn rode wijnen van de Pinot noir.
Aanduidingen voor oude sherry.
VOS (Vinum Optimum Signatum) is 20 jaar oude sherry.
VORS (Vinum Optimum Rare Signatum) is 30 jaar oud.
Wijngebied in Côte de Nuits – Bourgogne, Frankrijk.
Rode wijn van de Pinot noir. Zeer kostbare Romanée-Conti Grand Cru.
Wijngebied in Côte de Nuits – Bourgogne, Frankrijk
Rode wijn van de Pinot noir. Omvat Clos de Vougeot Grand Cru. Deze wijngaard heeft meer dan 60 eigenaren!
W
“Wijn is de drank verkregen uit de alcoholische vergisting van het sap van de Vitis vinifera.”
Dat is de officiële verklaring van het woord wijn, wat inhoudt dat een wijn gemaakt moet zijn van Europese druivenrassen.
Andere dranken zoals bessenwijn, vlierbloesemwijn, enzovoort mogen niet het woord wijn op het etiket vermelden, alleen een fantasienaam is toegestaan.
De eerste sporen van wijnbouw zijn gevonden in Georgië (boven Oost-Turkije). Zij dateren van 8000 jaar geleden.
Wijnbouw verspreidde zich via Egypte, Iran, Griekenland en tenslotte Italië.
De Romeinen hebben de wijnbouw overal naar toe gebracht, onder andere Frankrijk, Spanje en Duitsland.
De Spanjaarden brachten de wijn naar Zuid-Amerika, en de missionarissen namen het mee naar hun missieposten in Noord-Amerika, aan de “Camino real”, de Koninklijke Weg van Mexico naar San Francisco.
De Nederlandse Jan van Riebeek bracht wijnbouw mee met de Oost-Indie compagnie naar Zuid-Afrika.
Helaas is die eerste aanplant mislukt.
Wijn is een genotsmiddel, de enige reden om het te drinken is het plezier dat je er aan beleeft.
Niet alleen de alcohol, maar ook alle smaaksensaties. In vroeger tijden werden wijn en bier ook gedronken omdat het veiliger was dan water.
Wijn wordt wel eens “vloeibaar zonlicht” genoemd.
De Wijnstudio noemt wijn “cultuur op je tafel” omdat er achter elke wijn een heel verhaal zit:
de streek, het klimaat, de bodem, de wijnmaker. En de strijd van de wijnmaker, zijn werk op het land en in de wijnmakerij, zijn (of haar) zoektocht naar de perfecte uiting van “terroir” in de wijn, de mensen die er aan meewerken.
Het combineren van wijn en spijs is een vaardigheid die iedereen kan ontwikkelen.
Allereerst moet gekozen worden: zoek je een combinatie vanuit het eten, of vanuit de wijn.
Vervolgens moet geproefd worden. Kennis van de opbouw van het gerecht en de smaak van wijn is nodig.
Om een goede combinatie te maken is er een theoretische basis van gastronomie (wijn en eten).
Er kan een mismatch ontstaan: de smaken versterken elkaar in negatieve zin, drijven uit elkaar.
Bijvoorbeeld: een dikke roomsaus met frisse Sauvignon Blanc.
Hier treedt smaakverzadiging op: het overdadig zuur in de wijn onderdrukt het frisse van de roomsaus.
Het vet in de roomsaus onderdrukt het vet, de alcohol en het zoet in de wijn.
Gevolg: de roomsaus wordt nog vetter, de wijn nog zuurder, beide zijn niet meer lekker.
Er kan een match zijn (wat in de meeste gevallen zo is) en er kan een verbetering zijn: beide smaken versterken elkaar, de wijn en het eten is lekkerder dan los geproefd.
Bij onze Wijn & Spijscursus leer je in drie dagen de theorie en de praktijk van gastronomie.
Rood, rosé of wit.
De kleur van rode wijn zit in de schil van blauwe druiven. Door die mee te vergisten komt de kleur in de wijn.
Bij rode wijn laat je dus eerst de kleur inweken tijdens de fermentatie (vergisting).
Rosé krijg je door de schillen van blauwe druiven heel kort mee te vergisten (1 tot maximaal 24 uur). Zodra er tannine in de wijn komt, spreek je van rode wijn.
Witte wijn komt van groene druiven, of door de schil van blauwe druiven niet mee te vergisten.
Het sap van druiven is kleurloos, op een enkele uitzondering na, zoals de Alicante Bouschet.
Persen is het scheiden (verwijderen) van de vaste deeltjes en het sap.
Bij wijnmaken is controle van groot belang. Met name op temperatuur en hygiëne.
Wijnproductie wereldwijd: de wereldwijnproductie is tussen de 26 en 29 miljard liter per jaar. Daarvan is een deel overproductie, dit wordt verstookt tot brandy.
De grootste internationaal erkende wijnopleider van de wereld is WSET: Wine and Spirit Education Trust.
Jaarlijks verzorgt WSET de wijnopleiding voor meer dan 100.000 cursisten in meer dan 70 landen.
De opleidingen worden gegeven op diverse aansluitende niveaus:
WSET level 2 Internationaal Wijnbrevet
WSET level 3 Advanced International
WSET level 4 Diploma Course
Daarna is er nog de mogelijkheid tot doorstroming naar MW: Master of Wine.
Klimaat: Wijndruiven groeien ongeveer tussen de 30e en 50e breedtegraad, zowel op het noordelijk als het zuidelijk halfrond.
Bij een gemiddelde dagtemperatuur van minder dan 10 graden Celsius stopt de groei van de wijnstok.
Bij 35 graden Celsius stopt de assimilatie van de plant.
In een te warm klimaat kun je soms 2 x per jaar druiven oogsten, maar de kwaliteit is dan onvoldoende voor wijn.
Het internationaal wijnbrevet WSET level 2 is de standaard voor wijnopleidingen wereldwijd.
De opleiding is opgebouwd uit 8 modules, onder andere:
Viticultuur (wijnbouw) en vinificatie (wijnmaken)
De belangrijkste druiven en hun kwaliteiten
Wijnregio Frankrijk, Europa, de nieuwe Wereld
Versterkte wijnen, mousserende wijnen, zoete wijnen
Gastronomie: Wijn & Spijs
Deze opleiding wordt afgesloten met het examen WSET level 2: het Internationaal Wijnbrevet.
Wijnproducent die zijn eigen druiven teelt.
Natriumcarbonaat, neerslaande zouten die op de bodem van de fles te zien zijn als glinsterende kristallen.
Ongevaarlijk, maar de consument vertrouwt het niet.
Wijnsteenzuur wordt uit de wijn gehaald door de wijn vóór botteling te koelen op -5 tot -15 graden Celsius (de wijn zelf bevriest niet in verband met de aanwezige alcohol).
Daardoor slaat de het zuur als wijnsteen neer en blijft achter.
Geslacht: Vitis. Dit is het geslacht van de wingerds.
Soort: vinifera.
Ras: Bijvoorbeeld Chardonnay, Tempranillo, enz.
Bijna alle wijnen in de wereld zijn gemaakt van Europese druiven: Vitis vinifera.
Hierop zijn slechts een paar uitzonderingen: hybrides, ofwel kruisingen van Amerikaanse en Europese druiven.
Van hybrides worden in Nederland ook wijnen gemaakt bijvoorbeeld bij de Colonjes in Groesbeek.
Een andere bekende hybride is de Vidal, gebruikt voor Canadese Icewine.
Een wijnstok kan ruim 100 jaar oud worden. Een oude wijnstok (meer dan 50 jaar) geeft een gering aantal kleine druiven. De kwaliteit daarvan is geconcentreerder. Zeer oude wijnstokken heten in het Frans: vieilles vignes. Duits: Alte Reben. Engels: old vine.
Een wijnstok begroeit van nature een gebied van een halve hectare. De wortels gaan afhankelijk van de bodemsoort diep de grond in. Meestal enkele meters, maar in de zachte kalkbodem van de Champagne soms wel 20 meter.
De wijnstok is zeer sterk en kan op droge plaatsen groeien waar andere planten het opgeven. De wijnstok doet het ook goed op vruchtbare bodems, maar de kwaliteit van de druiven wordt dan minder: de energie gaat naar groei van takken en bladeren. De grootste vijand van de wijnstok is te veel vocht, dan ontstaan er schimmelziektes. Strenge vorst kan grote schade aanrichten en een wijngaard in één klap vernietigen.
Houten ton voor de rijping van wijnen.
Meestal van eikenhout, maar ook van moerbei, walnoot, beuk of andere soorten.
Frans eiken uit het Massif Central groeit langzaam, heeft daardoor kleine, compacte cellen en geeft een fijne houtsmaak.
Er komen ook goede bomen uit Duitsland, Polen, en andere landen.
Amerikaans eiken groeit sneller, heeft daardoor grotere cellen, geeft meer smaak aan de wijn, met name vanille-tonen.
Hoe groter het vat en hoe langer gebruikt, hoe minder de invloed van het hout op de wijn.
Wel is er in dit vat invloed door oxidatie: zuurstof.
Duitse term voor wijncoöperatie, een samenwerkingsverband van wijnboeren.
X
Witte druif die gebruikt wordt in de blend voor Cava: Spaanse mousserende wijn, gemaakt volgens de méthode traditionelle: 2e gisting op fles.
Xarel-lo of Xarello is de kwaliteitsdruif, die zorgt voor kracht en aroma.
Rode wijndruif uit Griekenland.
Veel zuren en tannine, kruidige aroma’s van tabak, tomaat en zoethout.
Kan een fantastische kwaliteit wijn opleveren.
Y
DO wijngebied in Zuidoost-Spanje, ten Noordwesten van Alicante.
Donkerrode wijnen van de Monastrell druif.
Z
Rode wijndruif, verwant aan de Italiaanse Primitivo en de Kroatische Tribidrag of Crljenak Kaštelanski.
Bekendste druif van Californië voor droge tot halfzoete wijn. Heeft een uitgesproken fruitaroma: aardbeien, frambozen. In vele stijlen gemaakt. ‘White Zinfandel’ is een halfzoete rosé, Zinfandel kan ook te intens en jam-achtig smaken, maar de mooiste kwaliteit is een stevige donkerrode fruitige wijn met kaneel- en kersenaroma’s en een goede balans.
Zwaveldioxide – SO2, ofwel sulfiet, is een conserveringsmiddel. Europees toelatingsnummer: E 220.
Vrijwel alle wijnen bevatten SO2 ter conservering. SO2 bindt de zuurstof en gaat daarmee oxidatie tegen. Ook verhindert SO2 de groei van micro-organismen: bacteriën en gisten.
Sommige wijnen hebben een zwavel-aroma. Dat is geen fout, maar een terroir-expressie: bodemsoorten zoals leisteen en vulkanische grond in combinatie met de druif. Te veel SO2 herkent men door een scherpe prikkel, hoog in de neus.
Het risico op te veel zwavel is zeer klein, maar de meeste kans daarop is in zoete wijnen.
“Bevat zwavel” moet vermeld staan op het etiket, in de taal van het land waar de wijn verkocht wordt.
Dit is met name om astma-patiënten te beschermen, die last van zwavel kunnen krijgen.
Maximaal toegestane waardes:
160 mgr /ltr voor rode rode wijnen
210 mgr/ltr voor witte wijnen
400 mgr/ltr voor zoete wijnen
Overigens liggen de toegestane sulfietwaarden voor vruchtensap, gedroogd fruit en zelfs patat een stuk hoger.